De rechters accepteerden in grote lijn de aanklacht van de officier van justitie, die tijdens het proces aantoonde dat Dell’Utri sinds de jaren ’60 contacten had met de maffia op Sicilië. Het bewijs steunt vooral op getuigenverklaringen van ”pentiti” (voormalige leden van de maffia die meewerken met justitie) en afgeluisterde telefoongesprekken.

Marcello Dell’Utri hielp in 1994 Silvio Berlusconi de politieke partij Forza Italia oprichten, waarvoor hij sindsdien in het parlement zit. Hij is sinds jaar en dag een persoonlijke vriend van de Italiaanse premier en was de verantwoordelijke voor het reclamebureau van Fininvest, de familieholding van Berlusconi. Dell’Utri was volgens de rechtbank de tussenpersoon tussen de politieke partij en de maffia, die hem stemmen bezorgde voor Forza Italia. Het is een feit dat Berlusconi’s partij op Sicilië oppermachtig is.

De veroordeling van de Palermitaan Dell’Utri is een ernstige tegenvaller voor Berlusconi. „Ik steek mijn beide handen in het vuur voor hem”, zei de premier.

De premier kraaide afgelopen vrijdag nog victorie omdat hij in Milaan wegens verjaring was vrijgesproken in een corruptieproces. Niet alleen Berlusconi, maar ook zijn politieke tegenstanders haalden toen opgelucht adem. Het politieke systeem zou duchtig te lijden hebben gehad als de premier zou zijn veroordeeld. Bovendien zou de naam van Italië in het buitenland definitief besmeurd zijn geraakt.

Het laatste woord in het proces tegen Dell’Utri is echter nog niet gezegd. Hij heeft nog twee kansen om in beroep te gaan. Voordat de 63-jarige parlementariër achter de tralies gaat, zullen nog jaren voorbijgaan. Alleen al het proces in Palermo heeft negen jaar geduurd. „Dit is maar één etappe uit een wielerronde”, reageerde Dell’Utri dan ook laconiek.