Gemeenten bestrijden kastanjeziekte samen
Gemeenten gaan de kastanjeziekte, waardoor een groot deel van deze bomen in Nederland is aangetast, samen bestrijden. Dat is de uitkomst van een congres over de bomenziekte dat eind deze week in Houten werd gehouden. De gemeente Den Haag maakte de conclusie bekend op haar website.
De zogeheten bloedingsziekte komt voor bij de paardekastanje (Aesculus). De ziekte is te herkennen aan bruine plekjes op de stam, waar bruin vocht uitloopt. In een later stadium barst de bast open. Als de ziekte de stam heeft geringd, gaat de boom dood.
Gemeenten waar de ziekte heerst, krijgen het advies om nu geen kastanjebomen aan te planten. Ook moeten ze afgevallen bladeren meteen verwijderen en de schors van dode bomen onmiddellijk verbranden. Het snoeien van kastanjebomen wordt afgeraden.
Deskundigen gaan ervan uit dat een schimmel de ziekte veroorzaakt. Bij de opstelling van het gezamenlijke plan van aanpak van de ziekte krijgen de gemeenten onder meer hulp van de Bomenstichting en onderzoeksinstituut Alterra. „Alleen met verregaande samenwerking en voldoende financiële middelen kunnen we het tij keren”, aldus de Haagse wethouder W. Stolte van stadsbeheer.
Als het plan gereed is, wordt dit aangeboden aan minister Veerman (Natuurbeheer). Alleen al in Den Haag is 35 procent van de kastanjebomen getroffen door de ziekte.