Funderingsspecialist Sif winnaar op terughoudend Damrak
Funderingsspecialist Sif was vrijdag een grote winnaar op de Amsterdamse beurs. Beleggers reageerden positief op de jaarcijfers en de vooruitzichten van het bedrijf. De algehele stemming op de aandelenmarkten was daarentegen terughoudend. Er lijkt weinig schot te zitten in de vredesonderhandelingen tussen Oekraïne en Rusland.
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken verklaarde dat Moskou nog geen enkele „betekenisvolle bijdrage” heeft gedaan om de oorlog te beëindigen. Daarnaast wordt uitgekeken naar een telefoongesprek tussen de Chinese president Xi Jinping en de Amerikaanse president Joe Biden. Volgens het Witte Huis zullen de twee leiders onder meer praten over de Russisch-Oekraïense oorlog „en andere zaken van wederzijds belang”.
De AEX-index op Beursplein 5 noteerde rond 12.15 uur 0,8 procent lager op 701,62 punten. De MidKap daalde 0,5 procent tot 1028,71 punten. De beurzen in Frankfurt, Londen en Parijs verloren tot 1,7 procent. In Moskou is de aandelenbeurs nog altijd gesloten. De Russische centrale bank kwam wel met een rentebesluit en handhaafde het onlangs verhoogde rentetarief van 20 procent. De centrale bank waarschuwde wel voor „aanzienlijke onzekerheid”.
Bij de kleinere bedrijven werd Sif ruim 9 procent meer waard. De maker van funderingen voor windmolens liet weten zich ook meer en meer bezig te gaan houden met het ontmantelen van oude windmolens. Verder wil Sif uitbreiden met een nieuwe productiefaciliteit om grotere funderingen te kunnen maken die geschikt zijn voor de nieuwste windmolens.
Betaalbedrijf Adyen en winkelvastgoedconcern Unibail-Rodamco-Westfield waren de grootste dalers in de AEX, met verliezen van rond de 2,6 procent. De chipbedrijven ASMI, Besi en ASML behoorden samen met techinvesteerder Prosus tot de schaarse stijgers, met plussen tot 0,7 procent.
Olie- en gasconcern Shell verloor 0,9 procent ondanks de gestegen olieprijzen. Een vat Amerikaanse olie werd 1,4 procent duurder op 104,43 dollar. Brentolie kostte 1,1 procent meer op 107,75 dollar per vat.
Op de lokale markt steeg Ebusco 1,6 procent. De maker van elektrische bussen nam een belang van 40 procent in Zero Emission Services (ZES) over van Engie. ZES houdt zich bezig met het elektrificeren van de binnenvaart en is een samenwerkingsverband waar naast Ebusco ook ING, Wärtsilä en het havenbedrijf van Rotterdam aan meedoen.
De euro was 1,1037 dollar waard tegen 1,1111 dollar een dag eerder.