De Tweede Kamer ging half november akkoord met de coalitieplannen met het grijs kenteken. Kern van die voornemens is dat de fiscale voordelen voor grijs rijdende particulieren vanaf juli 2005 voorbij zijn en dat die voor ondernemers alleen overeind blijven als ze een BTW-nummer hebben en kunnen bewijzen dat ze het voertuig minimaal vijf jaar achtereen primair voor zakelijke doeleinden gebruiken.

Gevolg is dat particulieren ongeveer vijf à zes keer zo veel wegenbelasting moeten gaan betalen. Maar ook startende ondernemers zijn de dupe, aldus SGB. „Wiens zaakuitoefening niet levensvatbaar mocht blijken, zal van de Belastingdienst de rekening gepresenteerd krijgen. De fiscus zal in dat geval de BPM en de houderschapsbelasting navorderen, een bedrag van doorgaans tienduizenden euro’s.”

SGB protesteerde tevergeefs bij de Tweede Kamer en richt nu haar pijlen op de leden van de Senaat. Ze noemt de aanscherping van de regels „onacceptabel” en getuigen van „niet eerder vertoond onbehoorlijk bestuur.”

Vooral de argumentatie van staatssecretaris Wijn -„men had kunnen weten dat dit eens te gebeuren stond”- steekt de stichting. „Nimmer heeft de overheid door middel van rechtstreekse communicatie, bijvoorbeeld via geëigende kanalen als Postbus 51 of de Staatscourant, gewag gemaakt van het in haar ogen onbedoelde gebruik door particulieren van bestelauto’s.”

SGB pleit dan ook voor een overgangsregeling. „Wie destijds onder legale wettelijke criteria heeft gekocht, en nu achteraf geen keuze meer heeft, behoort ontzien te worden.”