Tussen Oost en West
Nog maar twintig jaar geleden was het ondenkbaar dat de Oekraïense verkiezingen dagenlang voorpaginanieuws zouden zijn. In de communistische tijd stelden verkiezingen immers niets voor. De kandidaat van het volk, die door de communistische partij naar voren geschoven was, behaalde altijd een royale overwinning. Minstens 90 procent van de stemmen.Maar inmiddels zijn de tijden ingrijpend veranderd. De communistische wereldbeweging is ingestort en de Sovjet-Unie uit elkaar gevallen. Bovendien is in sommige van de nieuwe staten een proces van liberalisering en democratisering op gang gekomen.
Dat geldt bepaald niet van de Centraal-Aziatische republieken of van Wit-Rusland, waar de communistische dictatuur eenvoudigweg door een andere vervangen is. Het zijn met name de Baltische staten die de stap naar de democratie hebben gezet. Als beloning daarvoor mochten ze tot de NAVO en de EU toetreden. Deze kleine landen, die ook tussen de beide wereldoorlogen de onafhankelijkheid bezaten, waren door hun godsdienst en geografische ligging altijd al meer op het Westen georiënteerd.
Inmiddels staat Oekraïne op de tweesprong. Richt het land zich de komende jaren op Moskou of op Brussel? De uitslag van de nieuwe verkiezingsronde die voor over twee weken gepland is, zal daarover meer duidelijkheid geven.
Dat zo’n nieuwe ronde plaatsvindt, is al opmerkelijk. Kennelijk vonden de machthebbers in Kiev dat zij zich niet konden onttrekken aan de massale protesten vanuit de eigen bevolking. Zij waren ook beducht voor de onherstelbare schade die het imago van hun land in de westerse wereld zou oplopen wanneer ze die protesten negeerden of (nog erger) met geweld zouden bentwoorden.
Oekraïne ligt duidelijk op de grens van Oost en West. Niet alleen geografisch maar ook mentaal. Het westelijke gedeelte van dit grote land behoorde vroeger tot het Oostenrijk-Hongaarse rijk en later tot Polen. Dat gebied heeft duidelijk Europese invloeden ondergaan.
Waarschijnlijk zal in de nieuwe verkiezingsronde Joesjtsjenko als overwinnaar tevoorschijn komen. Helemaal zeker is dat uiteraard niet. Je weet maar nooit wat voor trucs de zittende Oekraïense regering nog in petto heeft om de uitslag te vervalsen. Voor een herziening van de kieswet, ten einde de verkiezingen voortaan eerlijker te laten verlopen, bleek zaterdag geen meerderheid te zijn in het parlement.
Krijgt Oekraïne een president en een regering die op het Westen georiënteerd zijn, dan zullen zij ongetwijfeld de relatie tot de Europese Unie aan de orde stellen. Geldt dit grote land straks als een kandidaat voor het EU-lidmaatschap?
Op die vraag zit men in Brussel niet te wachten. Met Roemenië en niet te vergeten Turkije als kandidaat-leden heeft men het al moeilijk genoeg.
Maar ook in Kiev zal men het EU-lidmaatschap zien als een manier om het land in de westerse wereld te verankeren en (niet minder belangrijk) als de kans om deel te krijgen aan de westerse welvaart. Betekent dat echter dat wij daar zomaar ja op moeten zeggen? Dat er van Europese kant veel aarzeling bestaat ten aanzien van Oekraïne is heel begrijpelijk.