Belarussische ambtenaren in VS aangeklaagd om luchtpiraterij
Vier Belarussische ambtenaren zijn in de Verenigde Staten aangeklaagd om „luchtpiraterij” vanwege hun betrokkenheid bij de landing van een Ryanair-vlucht in Minsk in mei vorig jaar. Aan boord van dat toestel dat vanuit Griekenland onderweg was naar Litouwen zat het Wit-Russische oppositielid Roman Protasevitsj, die na een gedwongen landing in de Wit-Russische hoofdstad gearresteerd werd. De vier aangeklaagde Belarussen blijven voorlopig op vrije voeten.
Het gaat om hooggeplaatste overheidsmedewerkers, onder meer van de Belarussische luchtvaartautoriteit, die ervan worden verdacht een bommelding in scène te hebben gezet om het toestel in het luchtruim van Belarus te kunnen onderscheppen. Wereldwijd ontstond verontwaardiging over het aan de grond zetten van het vliegtuig, dat ervoor zorgde dat de 26-jarige journalist Protasevitsj en zijn vriendin gearresteerd konden worden.
Er zaten vier Amerikanen aan boord van het vliegtuig en de aanklagers stellen dat de „Amerikaanse wet roekeloos overtreden werd”. „De volgende piloot die bericht krijgt over een bommelding zou de authenticiteit daarvan in twijfel kunnen trekken”, aldus een FBI-woordvoerder.
Toch betekent de Amerikaanse aanklacht, die door onder meer de FBI gesteund wordt, in de praktijk weinig. In de VS zouden de personen een levenslange gevangenisstraf riskeren, maar in Belarus blijven zij op vrije voeten. President Aleksandr Loekasjenko is niet aangeklaagd.
Europa, Groot-Brittannië en de Verenigde Staten legden het regime van Loekasjenko vorig jaar sancties op naar aanleiding van het incident.