Het dagelijks tenue wordt gedragen met een lichtblauw overhemd en een zwarte das. Links op het uniform zitten normaliter de onderscheidingen en de Nederlandse wings, het herkenningsteken voor vliegers van de luchtmacht.

Bernhard heeft ook wings van de Britse Royal Air Force, die hij boven de rechterborstzak draagt, vertelt Frans Smits. Smits onderhoudt de banden tussen het Legermuseum in Delft en de krijgsmacht. Hij zit ook in de uniformcommissie van de krijgsmacht.

Speciaal aan het uniform van Bernhard is dat op de epauletten (schouderbelegsels) de letter W staat, met daarboven een kroon. Bernhard heeft die volgens Smits altijd gedragen, ten teken dat hij adjudant was van koningin Wilhelmina. Aan de strepen op de ondermouwen is te zien dat Bernhard de hoogste militaire rang bekleedde. De toevoeging ”vlieger” is om aan te geven dat de prins zijn brevetten had. Smits: „Prins Bernhard was gebrevetteerd voor alle vliegtuigen, dus hij kon zowel in straaljagers als in propellervliegtuigen vliegen.”

Volgens Smits bestond er wat betreft de kleding ook nog een andere mogelijkheid: de prins had kunnen kiezen voor het geklede luchtmachttenue. Dat sjieke uniform is zeer donkerblauw, tegen zwart aan. Het pak heeft een opstaande kraag en gaat vergezeld van „groot model decoraties”, vertelt de museumattaché. Bij het geklede tenue hoort een donkerblauwe platte pet.

Het dagelijks tenue dat Bernhard draagt, heeft een luchtmachtgrijze pet, die volgens Smits op de kist komt te liggen.

Bernhard is volgens de deskundige nooit uit zijn uniformen gegroeid. „Hij is altijd heel slank gebleven. Soms werd er wel eens een jas vermaakt, misschien omdat hij er een nostalgisch gevoel van kreeg om die te blijven dragen.”