Het zijn stille getuigen van de twintig jaar oorlog die de Amerikanen in het land hebben gevoerd. Als vergelding voor de terreuraanslagen op New York en Washington, gepleegd door het al-Qaida van Osama bin Laden, en om de extremistische taliban te verdrijven.

Sinds augustus zijn de Amerikaanse troepen vertrokken. Maar de sporen van hun verblijf zijn nog lang niet uitgewist. Als een enorme informele openluchttentoonstelling vertellen deze wrakken het verhaal van chaos, geweld en verdriet.

Voor de Afghaanse jeugd vormen de kapotgeschoten buitenlandse voertuigen levensgroot speelgoed om de oorlog na te bootsen. Want zo zijn kinderen, zelfs als ze in hun leven nog nooit vrede hebben gekend.

De vraag is intussen of de dagelijkse aanblik van al dit oorlogstuig zal helpen om de oorlog uit de hoofden en harten van deze Afghaanse kinderen te krijgen. Want daar is het na al die jaren wel hoog tijd voor.