Neergang in drie generaties
Hoe zal de kerk in de toekomst overleven? We weten en belijden dat God Zijn kerk in stand houdt. In Zijn soevereiniteit en almacht zal de Heere Zijn kerk planten en bewaren, waar en wanneer Hij wil. In dit alles hebben wij wel onze verantwoordelijkheid.
Het is helaas een te constateren feit dat vaak na drie generaties er verslapping optreedt in een familie of in een kerkgemeenschap. De eerste generatie heeft een vurig geloof en een godzalige wandel. Uit liefde tot de Heere is Zijn dienst hun dierbaar.
Dan staat de tweede generatie op, waarin er nog veel van de eerste generatie aanwezig is. Er is een besef van Gods heiligheid en een uiterlijke gehoorzaamheid aan de Heere, maar de innige liefde tot de Heere is niet zo sterk als bij de ouders.
Het derde geslacht heeft geen echte godsvrucht gezien bij hun ouders, alleen een uiterlijke levenswandel in overeenstemming met Gods Woord. Dit wordt door dit derde geslacht als een juk ervaren dat men van zich afwerpt. Zo ontbreekt zowel de uiterlijke levenswandel als de persoonlijke vroomheid. Het daarna opkomend geslacht begrijpt niets meer van de ware vroomheid en kent Christus niet. Men leeft voor dit leven en voor deze wereld. Zo verwatert de kerk.
We zien deze ontwikkeling ook in de Schrift. De eerste generatie die met Jozua in het Beloofde Land trok, diende de Heere nauwgezet. Zij hadden Gods wonderen gezien. Het tweede geslacht diende ook nog de Heere, want zij hadden van de eerste generatie over de daden des Heeren gehoord.
Maar ten slotte stond er een generatie op die de daden des Heeren niet gekend had en zij begonnen de afgoden te dienen. Toen brak de tijd van diep verval aan.
We zien het ook in de nieuwtestamentische gemeenten, beschreven in Openbaring 2 en 3. De Heere Jezus spreekt over hen die hun eerste liefde verlaten hebben. Zij hingen een dwaalleer aan, en ook al hadden ze de naam dat ze leefden, ze waren dood. Dit waren de eerste christengemeenten die hun tweede of derde generatie waren ingegaan.
Zo zien we ook in de praktijk van het kerkelijke leven dat er een generatie was die de Heere oprecht vreesde, en dan zien we dat hun kinderen wel bepaalde indrukken hebben vanuit hun opvoeding, maar de persoonlijke band met de Heere ontbreekt. Het daarna optredende geslacht heeft nauwelijks geloof meer en de vreze des Heeren is er niet. Dit heeft verwatering tot gevolg.
Hoe kan dit nu overwonnen worden? Hoe kan deze neergang doorbroken worden? Door opwekking. Doordat de Heere met Zijn Heilige Geest krachtig zal werken in harten. Elke generatie moet een opwekking meemaken, anders zal de kerk onherroepelijk verwateren. Nodig zijn verootmoediging vanwege onze ontrouw, concrete bekering en terugkeer tot de Heere. We hebben zicht op Christus nodig. Zoals die twee Grieken uit Johannes 12: ze wilden Jezus zien. Wanneer u zicht hebt op Christus, verandert heel het leven.
He gebeurde onlangs in Irak dat een straatventer tot geloof in de Heere Jezus kwam. Zijn familie had hem verstoten en hem van zijn bezittingen beroofd. En toen kwam de Heere Jezus over in zijn leven. Stralend van blijdschap zei de man: „Ik heb Jezus gezien.” Hij straalde zo’n vreugde uit dat zijn kinderen diep onder de indruk zijn en nu willen weten wie Jezus is en hoe zij Hem ook kunnen leren kennen.
Wij hebben juist in onze tijd zicht op Christus nodig. Dan gaat het er niet om zicht te hebben op mensen, of om zicht te hebben op Maria, maar wij moeten Jezus zien. Wanneer u Jezus leert kennen, verandert heel uw leven. Dan staat Hij in het middelpunt en dan treedt er een geslacht naar voren dat oprecht de Heere vreest en voor Zijn Woord buigt. Ze hebben hun schuld en onwaardigheid gezien en het wonder ervaren dat God hen uit genade aanneemt en vernieuwt. Dan hebben zij de Heere van harte lief. Dat wonder moet elke generatie opnieuw leren. Dan zal de kerk overleven.
De auteur is emeritus predikant in de Christelijke Gereformeerde Kerken. Weerwoord gaat in op vragen die in deze tijd op christenen afkomen.