Eensgezindheid in Golfregio slechts schijn
De zes Arabische Golfstaten die deel uitmaken van de in 1981 opgerichte Gulf Cooperation Council (GCC) kwamen vorige week bij elkaar voor hun jaarlijkse ontmoeting. Belangrijkste agendapunt was Iran.
Gastland was dit keer Saudi-Arabië. Aan de vooravond van deze regionale top had de Saudische kroonprins Mohammed bin Salman alle andere Golfstaten bezocht om alle neuzen in dezelfde richting te krijgen.
De sjiitische revolutie van 1979 in buurland Iran was een belangrijke reden geweest om deze GCC in het leven te roepen. De seculiere Iraanse sjah was verdreven en vervangen door ayatollah Khomeini, die met name tekeerging tegen het Saudische koninkrijk. De Saudische vorst werd door Khomeini geringschattend een „Amerikaanse lakei” genoemd. De Arabische Golfstaten voelden zich daarom bedreigd door het nieuwe regime in Teheran.
De Saudische minister van Buitenlandse Zaken, prins Faisel bin Farhan, zei begin deze maand dat de vergadering van de GCC-landen op een zeer gevoelig moment kwam. De veiligheid van de Golfregio zou het belangrijkste onderwerp van gesprek worden en het was duidelijk dat dit opnieuw een zinspeling op Iran was.
Het is bekend dat de Arabische wereld vaak hopeloos verdeeld is, maar de landen van de GCC worden vaak gezien als een eensgezind blok. In werkelijkheid zijn ze echter onderling net zo verdeeld als hun financieel armere broeders elders in het Midden-Oosten.
De twee belangrijkste onderwerpen waarover de zes Golfstaten voortdurend van mening verschillen zijn Iran en de politieke islam. In 2017 leidde dat zelfs tot een boycot van Qatar, dat immers de politieke islamisten overal in de regio ondersteunde en dat bovendien vriendschappelijke relaties onderhield met Iran. Relaties die overigens juist door deze boycot nog eens aanzienlijk werden versterkt.
Saudi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) leken altijd als een tandem op te trekken. Beide landen veroordeelden de groeiende Iraanse invloed in de regio én de politieke islam. In deze context werden de Moslimbroeders bijvoorbeeld door beide staten tot een terroristische organisatie verklaard.
Schijn kan echter bedriegen, zoals duidelijk werd in de oorlog in Jemen waar een door Saudi-Arabië aangevoerde coalitie tegen de sjiitische Huthi-rebellen strijdt. In het kader van deze oorlog besloot het Saudische koninkrijk om de al-Islah-partij in Jemen te steunen. Deze groepering vormt echter de Jemenitische tak van de Moslimbroeders.
De Saudische steun voor de Moslimbroeders in Jemen wordt niet gewaardeerd in Abu Dhabi. De VAE vechten daarom in Jemen helemaal niet meer tegen de door Iran gesteunde Huthi’s. Ze financieren en bewapenen de Zuidelijke Transitionele Raad in Jemen die de afscheiding van zuidelijk Jemen beoogt.
De vraag is hoelang de sluier van eensgezindheid nog opgehouden kan worden.