Overleven in de Oude Stad van Jeruzalem
Twee Israëliërs tonen de tegeltjes die ze gemaakt hebben bij George Sandrouni. Hij trekt een stuk bubbeltjesplastic van de rol af en verpakt er de twee stukjes aardewerk in.
De eerste maanden van de coronacrisis waren moeilijk voor de Armeense familie Sandrouni. Drie broers hebben elk hun keramiekateliers en winkels in de Oude Stad van Jeruzalem. Ze begonnen in 1983 en het werk breidde zich uit.
In 2010 opende George zijn shop in de straat bij de Nieuwe Poort in Jeruzalems Oude Stad. Deze poort heeft haar naam te danken aan het feit dat ze pas in de 19e eeuw, in plaats van in de 16e eeuw, werd gebouwd. Dat gebeurde op verzoek van de christelijke winkeliers in de Christelijke Wijk, die op deze wijze meer pelgrims hoopten te trekken.
De stroom van toeristen nam voor de coronacrisis toe. Ze wisten zijn winkel en die van zijn broers te vinden. „Ik kreeg hier Madeleine Albright, Warren Christopher en Itzhak Perlman. Maar voor mij is elke klant die ik hier krijg een vip. Ik herinner me een klant na tien jaar nog, hoewel ik de naam ben vergeten.”
En toen kwam Covid. „Tijdens de drie maanden lockdown kon ik niet eens naar mijn eigen winkel. Ik moest leven van wat de regering ons als compensatie gaf. Toen we weer open mochten, gingen we ons richten op de binnenlandse markt. We begonnen workshops, waarbij bezoekers hun eigen keramiek konden verven. We gaven wat aanwijzingen en de producten kwamen er mooi, of zelfs veel mooier uit. Belangstellenden waren vooral Israëliërs die de Oude Stad bezochten en buitenlanders die hier wonen, zoals ambassadepersoneel en reporters. Ik kreeg hier ook scholieren van een internationale school en personeelsleden van een ziekenhuis, die een dagje uit waren naar Jeruzalem.”
Palestijnen, Israëliërs en buitenlanders slenteren voor zijn winkel langs. Hij moet het gesprek geregeld onderbreken om de potentiële klanten toe te spreken die –al dan niet in groepsverband– zijn winkel binnenstappen. Vorig jaar nog was deze straat achter de Nieuwe Poort stil en troosteloos. De gemeente Jeruzalem besloot het bezoek aan de Nieuwe Poort te stimuleren met culturele gebeurtenissen en lezingen. In de afgelopen jaren heeft de gemeente ook straten in de Christelijke Wijk laten renoveren.
Nu heerst er topdrukte, met kerstverlichting, kraampjes, winkels met kerstverlichting en volle terrasjes van ondermeer een café voor koffie, wijn en boeken. Uit de luidsprekers schallen kerstmelodietjes. De talen die ik hoor zijn Arabisch, Hebreeuws, Russisch en Engels.
„De mensen willen weer naar buiten”, zegt Sandrouni. „Ik geloof dat deze kerstmarkt een goed idee is, of het nu commercieel wel of geen succes is. Het helpt de mensen hun energie kwijt te raken nu ze twee jaar binnen hebben gezeten.”