Rotterdam wil 23 miljoen extra uittrekken voor renovatie Boijmans
Het college van B en W in Rotterdam wil de gemeentelijke bijdrage voor de verbouwing van museum Boijmans Van Beuningen met 22,8 miljoen euro verhogen. De totaalbegroting van het project komt daarmee op 223 miljoen euro. Het museum, dat in 2019 sloot voor noodzakelijk onderhoud, moet zelf ruim 20 wel miljoen zien op te halen bij particulieren en fondsen. De gemeenteraad moet nog instemmen met het voorstel.
Wethouder Bas Kurvers van Bouwen en Wonen hield de raad voor dat de begrote kosten zijn gebaseerd op de prijzen van dit moment. Hij sluit niet uit dat in de toekomst de kosten nog zullen stijgen. De gemeente, die eigenaar is van het pand, was aanvankelijk bereid zo’n 171 miljoen euro op tafel te leggen voor de opknapbeurt.
De renovatie van Boijmans vergt veel meer tijd dan eerder werd ingeschat. Onlangs werd bekend dat het museum niet heropent in februari 2026, zoals in 2019 de bedoeling was, maar pas in de eerste helft van 2029. De opknapbeurt is onder meer nodig omdat het gebouw vol met asbest zit en niet meer voldoet aan de brandveiligheidseisen.
Een plan van het college eerder dit jaar om meer te doen dan alleen het pand te renoveren, zoals eerder de bedoeling was, werd verworpen. B en W wilden graag een nieuwe entree, een ontsluiting via de Westzeedijk en de ontwikkeling van een parkpaviljoen met een nieuwe zaal voor hedendaagse kunst en een restaurant toegevoegd. Hiervoor was volgens de gemeente 75 miljoen euro extra nodig, geld dat Rotterdam niet heeft.
De waarde van de collectie van het museum is door deskundigen op 8 miljard euro geschat.