Verbod op vervolg film Submission van Hirsi Ali geëist
Advocaat R. Moszkowicz eist namens een aantal islamitische cliënten een verbod op het uitbrengen van een vervolg op de film Submission van VVD–Kamerlid Ayaan Hirsi Ali en de vermoorde filmmaker Theo van Gogh. Ook willen deze moslims dat de rechter Hirsi Ali verbiedt om zich voortaan nog kwetsend, grievend of godslasterlijk uit te laten over de islam.
Onlangs werd bekend dat de ondergedoken VVD–politica werkt aan een vervolg op Submission. Deze film van haar en Van Gogh ging over de mishandeling van moslimvrouwen. Het thema van het tweede deel van Submission is de manier waarop volgens Hirsi Ali de islam het individu onderdrukt.
Het kort geding waarin het verbod wordt gevraagd, wordt naar verwachting bij de rechtbank in Den Haag behandeld, zegt Moszkowicz. Dat was volgens hem de laatste bekende woon– en verblijfplaats van Hirsi Ali. Een datum is nog niet bekend.
Gezien de toelichting van de VVD–politica op de tweede film verwacht Moszkowicz dat het vervolg van Submission ook godslasterlijke elementen zal bevatten en „krenkend" voor moslims zal worden. Ook wijst de raadsman op recente uitlatingen van Hirsi Ali „waarin zij andermaal stelt dat het islamitisme levensgevaarlijk is, nog wel zonder onderscheid te maken tussen fundamentalistisch islamitisme en islamitisme in het algemeen".
Na de moord op Theo van Gogh zei Hirsi Ali dat ze een duidelijk verband ziet tussen het uitzenden van de omstreden film Submission en de „rituele slachting" die Van Gogh volgens haar heeft moeten ondergaan. „Direct na de uitzending van de film Submission part 1 was er een belangrijke aanwijzing dat iemand wraak zou nemen op Van Gogh", schreef ze in een verklaring na de moord op de filmmaker.
In het tweede deel is het thema dus „de manier waarop de islam het individu onderdrukt. Met als uitgangspunt de positie van de vrouw. En daarnaast wil ik nog steeds het islamitisch onderwijs afschaffen. Niet afbranden dus! Dat is heel iets anders", vertelde Hirsi Ali recent in een interview met NRC/Handelsblad.
Producent Gijs van de Westelaken, de zakenpartner van de vermoorde regisseur, noemt het kort geding „absolute kolder". „Ik ken niet alle wetboeken uit m’n hoofd, maar het lijkt me zeer ingewikkeld om al bij voorbaat een nog niet bestaande uiting van een vrije gedachte te gaan verbieden." Hij beklemtoont dat hem nog geen concrete plannen voor een tweede Submission–film onder ogen zijn gekomen. „Het oorspronkelijke idee was echter wel meerdere films te maken."
Het besluit dat Van de Westelaken na de dood van Theo van Gogh nam om Submission I voorlopig niet meer uit te zenden, had overigens niets te maken met het feit dat de film door sommige moslims als kwetsend wordt ervaren. „We willen echter niet dat Theo alleen om die film wordt herinnerd: het is geen kenmerkende Theo–film. We willen nu alle aandacht richten op 0605 en Medea." Wel vindt Van de Westelaken dat Submission ook in een later stadium niet meer zonder toelichting vooraf over de bedoelingen van de makers moet worden vertoond.