Besi en andere chipbedrijven hard omlaag in AEX-index
De Nederlandse chipbedrijven Besi, ASML en ASMI gingen donderdag hard onderuit in de Amsterdamse AEX-index door schrik bij beleggers van berichten dat Apple minder onderdelen nodig heeft van toeleveranciers omdat de vraag naar iPhones afneemt. Olie- en gasconcern Shell was koploper bij de hoofdfondsen op het Damrak, geholpen door de bekendmaking van een groot aandeleninkoopprogramma. Verder ging de aandacht opnieuw uit naar de snelle verspreiding van de Omikron-variant van het coronavirus.
De AEX-index op Beursplein 5 eindigde 1,5 procent lager op 778,80 punten. De MidKap verloor 0,9 procent tot 1027,27 punten. De beursgraadmeters in Londen, Frankfurt en Parijs daalden tot 1,3 procent.
ASML, ASMI en Besi doken tot 7,7 procent in het rood. Persbureau Bloomberg meldde op basis van anonieme bronnen dat Apple kampt met een tegenvallende vraag van de in september uitgebrachte iPhone 13. Het Amerikaanse bedrijf stelde de productie van het toestel dit jaar al met 10 miljoen stuks naar beneden bij wegens het gebrek aan onderdelen. Ook elders in Europa stonden chipbedrijven stevig in de min. Zo daalde het Duitse Infineon 4 procent in Frankfurt en in Parijs leverde STMicroelectronics 6,3 procent aan waarde in.
Shell was de sterkste stijger in de hoofdindex met een plus van 1,6 procent. Het concern heeft de verkoop van zijn activiteiten in het Amerikaanse olieveld Permian Basin aan ConocoPhillips afgerond. Van de opbrengst van 9,5 miljard dollar gaat Shell 7 miljard dollar uitkeren aan aandeelhouders, waarvan 1,5 miljard dollar in de vorm van aandeleninkopen.
Aalberts zakte 1,5 procent in de MidKap. De industrieel toeleverancier hield een beleggersdag en kwam met een update van de strategie. Air France-KLM verloor 1,2 procent. De luchtvaartcombinatie stelt een geplande kapitaalverhoging van 1 miljard euro mogelijk uit omdat de opkomst van Omikron tot veel onzekerheid leidt in de luchtvaartsector.
Op de oliemarkt ging de aandacht uit naar de vergadering van oliekartel OPEC en bondgenoten als Rusland. De olielanden zetten door met de productieverhoging in januari ondanks de onzekerheid over de impact van Omikron op de wereldwijde olievraag. Een vat Amerikaanse olie kostte 1,9 procent meer op 66,80 dollar en Brentolie werd 1,5 procent duurder op 69,89 dollar per vat.
De euro was 1,1318 dollar waard, tegen 1,1323 dollar een dag eerder.