Kerk moet na corona opnieuw haar draai vinden
Hoe staat het ervoor met de kerk na een ingrijpende coronacrisis? Een van de uitdagingen is om de crisis een plek te geven in de tijd, het laatste der dagen.
De coronacrisis heeft voor de kerk meer brokken dan zegeningen opgeleverd. Denk aan minder contact tussen gemeenteleden of eenzaamheid. Het was en is een energie slorpende tijd. Alles moest zo veel mogelijk doorgaan, terwijl tegelijkertijd overal over nagedacht en overlegd moest worden. Terwijl datgene wat energie geeft, de werkelijke ontmoeting, minder was. Van zo lang niet samen kunnen vieren of zingen, wordt niemand geloviger.
Kijkend naar de ‘zegen’, valt de creativiteit op, aangeboord vanaf het grondvlak en buiten de gebaande paden om. Er ontstonden spontane acties: van bloemetjes in de buurt uitdelen tot diaconale projecten met meerdere kerken samen. Het lijkt erop dat meer praktisch ingestelde gemeenteleden (de doeners) meer ruimte kregen. Door de viering van het avondmaal (noodgedwongen) op verschillende manieren te doen, zijn diverse belevingen aangeboord. Vormen werden in crisistijd bespreekbaar, van de grootte van de Bijbelkring tot de manier van collecteren en avondmaal vieren. Vormen, als bedding van de inhoud, blijken belangrijker dan we dachten.
Coronatijd was en is een moeilijke tijd. Wees daarom mild naar de gemeente en naar jezelf! We moeten bijkomen en opnieuw onze draai vinden. „Revalideren kost tijd”, schreef prof. Selderhuis al enige tijd geleden toen het ging over kerk na corona. En collega ds. Van Ekris merkte op: „Laten we niet gelijk weer in de oude ‘doe-modus’ vervallen.” Het vraagt veel om een mondiale crisis als deze een plaats te geven, als mens, als gelovig mens, als gemeente van Christus.
Weggezakt
De kerk na corona heeft alles te maken met de kerk vóór corona. De coronacrisis heeft de sluimerende en verborgen crisis van secularisatie versneld en verscherpt.
Velen zijn op zoek naar Wie God is. Hoe komt het dat mensen denken dat God de supersinterklaas is? Wat is er in prediking en catechese dan precies misgegaan? God is toch de gans Andere? God Die Zijn ongekende gang gaat vol donkere majesteit. Is dit dan wel gepreekt of gezongen? Beelden van God als een lieve papa spatten vaak kapot op de werkelijkheid. We hebben een Bijbelse theologie nodig waar deze lijnen meer naar voren komen en die we uitwerken in catechese, verkondiging en liturgie.
Het geloof is gewoon weggezakt. Het bleek ook zonder God en geloof prima te kunnen, zelfs ook als je ziek bent, ook als de dood ermee gemoeid is. De coronacrisis heeft dit proces van ervandaan groeien versneld. Hoe komt het dat mensen zo denken? Heeft de kerk dit direct of indirect zo gepreekt, zo gezongen, zo getuigd? Ik citeer de woorden van Bonhoeffer: „Ik zou van God willen spreken, niet aan de grenzen, maar in het centrum, niet bij zwakheid, maar bij kracht, dus niet bij dood en schuld, maar bij het leven het goede van de mens. De kerk staat niet daar waar menselijk kunnen ophoudt, niet aan de grenzen, maar midden in het dorp. Dat is de Geest van het Oude Testament.”
Afhakers blijken niet uit de voeten te kunnen met allerlei christelijke dogma’s. Dogma’s zijn vaak uitgegroeid tot rationele systemen. Mag er ook ruimte blijven voor mysterie? Te vaak hebben we gedacht dat wij –aan de hand van dogmatiek– God wel uit kunnen leggen. Ik bepleit geen zweverig, ahistorisch christendom, maar het belijden van wat we niet precies uit kunnen leggen.
Theologische agenda
Hoe komt het dat de kerk achterloopt, hoe zit het met de cultuurkloof en de omgang met de wetenschap? Al deze dingen hebben veel te maken met de plaats, het gezag en de interpretatie van de Schriften. Het maakt nogal wat uit door welke theologie je je wat dat betreft laat inspireren. Een stevig gesprek hierover past niet meer zo in onze soms wat overmatig vriendelijke cultuur. Bij dezen zet ik dus ook de Schriftleer op de theologische agenda!
Daar voeg ik nog twee dingen aan toe. Ten eerste de schepping. In deze bizarre tijden consumeren we ons kapot, ook in de kerk. Zowel inhoudelijk theologisch als ook praktisch is dit een zeer urgent thema. Wij geloven toch in God de Vader, de Schepper, maar wat betekent dat? Is een aantal keer per jaar op vliegvakantie gaan niet even verwerpelijk als overspel?
Durven we, juist wanneer de gevolgen van onze zonden zo zichtbaar en meetbaar zijn, ook concreet te worden? Wordt er niet te vaak gedacht dat dit iets van de linkse kerk is? Ik vind het zonde dat op dit thema de kerk zo achterloopt op de cultuur. De God van Abraham, Izak en Jakob, werd in onze geschiedenis haast al direct beleden als de Schepper van hemel en aarde. Dat zou daarmee ook wezenlijker moeten zijn voor Zijn volgelingen. Hier ligt veel schuld. Alleen in geloof kunnen we door God en onze naaste te dienen de schijnvrijheid van het grenzeloos consumeren achter ons laten en rijk zijn in Hem.
Een tweede theologische kwestie die vanwege de coronacrisis zich opdringt is de eschatologie. Het denken over de eindtijd is weer actueel geworden. Het geeft veel onzekerheid, onrust en angst ook in de gemeenten. Dit speelt ook onder jongeren, zeker in combinatie met het thema schepping en klimaat. We hebben de coronacrisis een plaats te geven in de tijd, in het laatste der dagen. Maar dan dus ook met de verwachting van Jezus’ komst. Zelf probeer ik elke dienst het gebed om de komst van Jezus een plaats te geven. In gebed en liturgie worden de draden van de verwachting van Zijn komst het meest aangespannen!
Buigen
Wat te doen? Eerst even pas op de plaats. We leven immers in een crisis. Is ”doen” de oplossing? Of is ”doen” misschien juist een onderdeel of wellicht zelfs oorzaak van het probleem? Om het met de woorden van dr. Van den Beek te zeggen: „Men ziet wel dat er problemen zijn in de kerk, maar men trekt daaruit niet de consequenties die nodig zijn: inkeer en buigen voor God. Men probeert steeds weer van alles te doen om het tij te keren en men vervalt daarbij steeds in dezelfde patronen.”
Laten we daarom ons hoofd persoonlijk en als gemeente buigen voor God. Wat mij betreft geldt: volharden in de leer van de apostelen, in het breken van het brood, in de gemeenschap en in de gebeden. Tel daarbij de onderlinge liefde en de liefde voor de wereld op. Daar gaat veel missionaire kracht van uit in een tijd waarin de liefde verkilt.
De auteur is predikant van de hervormde Bethlehemkerk in Den Haag. Dit artikel is een samenvatting van een lezing die hij vrijdag hield tijdens een inspiratiebijeenkomst georganiseerd door de GZB, HGJB en IZB.