Voorlieden Coöperatie Laatste Wil tonen radicale gezicht
Er gaat haast geen week voorbij of de Coöperatie Laatste Wil en haar leden zijn weer in het nieuws. Wat begon met het oppakken van Alex S., een lid dat handelde in zelfdodingspoeder, afgelopen zomer, mondde uit in een reeks van aanhoudingen. Inmiddels zijn ook voorzitter Jos van Wijk en de Brabantse psycholoog Wim van Dijk als verdachten gehoord.
In recente interviews met de Volkskrant namen beiden geen blad voor de mond. De heren staan pal voor hun zaak: wie zijn of haar leven om wat voor reden ook wil beëindigen, dient te kunnen beschikken over de daartoe benodigde middelen. Om het verstrekken daarvan te legaliseren, gaan ze met plezier de barricaden op. „Als iemand wil weten waar hij het middel kan bestellen, dan geef je het adres”, liet Van Wijk optekenen; ook al betreft het een jong, instabiel persoon.
Met hun nonchalante en onverschillige houding over de mogelijke gevolgen van een wetsverruiming bevestigen Van Wijk en Van Dijk onbedoeld het gelijk van de Brits-Canadese historicus Kevin Yuill. In een door de PThU georganiseerde lezing omschreef hij de lobbyisten voor het legaliseren van hulp bij zelfdoding maandag als „morele entrepreneurs.” Wat zij overhoop halen, is niets minder dan de overtuiging dat een samenleving in wezen een morele leefgemeenschap is, waarin elk individu van waarde is, schetst Yuill.
Hij betoogt dat een samenleving die hulp bij zelfdoding legaliseert in moreel opzicht een wissel om zet. Niet aan beginnen, is dan ook zijn waarschuwing. De groep burgers die claimt recht op deze hulp te hebben, begint klein, maar wordt groter en groter. Voor je het weet, is het einde zoek.
Wie op zich laat inwerken hoezeer de in 2002 van kracht geworden euthanasiewet in twee decennia tijd op geruisloze wijze is opgerekt, moet vrezen dat Yuill het bij het rechte eind heeft. Deze wet moest borgen dat actieve levensbeëindiging slechts zou worden toegepast als de arts de wanhoop nabij was en er over het uitings- en wilsvermogen van de patiënt geen twijfels waren gerezen. De jaarverslagen van de toetsingscommissies tonen inmiddels een ander beeld.
Het is dan ook een veeg teken dat veel partijen in de Tweede Kamer staande houden dat de nog veel ruimhartiger hulp bij zelfdoding, zoals Laatste Wil die bepleit, in goede banen valt te leiden als de voltooidlevenwet die daarvoor moet worden opgetuigd maar genoeg waarborgen bevat. Zoals een leeftijdsdrempel van 70 of 75 jaar, of een wachttijd tussen de aanvraag en de uitreiking van de dodelijke pil. Te vrezen valt dat ook dergelijke drempels al snel als overbodig ervaren barrières uit de weg zullen worden geruimd.
Voor wie het nog niet wist, maakten Van Wijk en Van Dijk het in hun interviews alsnog zichtbaar: de drijvende krachten achter Laatste Wil zijn roekeloos en radicaal. Hun provocerende mediaoptredens vragen dan ook niet om weer een juridisch compromis, maar om een duidelijke keuze. Vóór strafrechtelijk ingrijpen wegens het verhandelen van zelfmoordpoeder. En tegen een voltooidlevenwet.