Weerwoord: Leven in een ik-cultuur
Wij leven als nooit tevoren in een ik-cultuur. Is er een weg terug?
De mens wil alles kunnen regelen en beheersen. Men wil bepalen wanneer het leven beëindigd wordt. Abortus moet een recht zijn. Seksueel genot moet uitgeleefd worden naar ieders eigen believen. Ethisch gezien moet ieder kunnen doen wat hij zelf wil. Het draait allemaal om het ik.
Dat is niets nieuws. Als we kijken naar Manasse, de meest goddeloze koning van Juda, dan zien we in 2 Kronieken 33 dat hij de afgoden diende. Hij voerde de vruchtbaarheidscultus in. Hij richtte een aanstootgevend beeld op in de tempel dat tot lust moest verwekken. Hij diende zon, maan en sterren. Hij onderhield contact met de geestenwereld door middel van hekserij en waarzegging. Hij offerde zijn zonen aan Moloch.
Waarom deed Manasse dit alles? Het antwoord is: het ging hem allemaal om zichzelf. Hij wilde alles beheersen. Door de vruchtbaarheidsrituelen in te voeren met tempelprostitutie wilde hij de afgoden manipuleren om vruchtbaarheid op de aarde te geven. Het aanbidden van zon, maan en sterren was om de toekomst te kunnen voorspellen, om zich daarmee in te dekken voor toekomstige gebeurtenissen. Contact met de geestenwereld was om geheime kennis te verkrijgen, om daarmee mensen en gebeurtenissen te kunnen manipuleren. Zijn zonen offeren was om met extreme offers de gunst van de goden te verkrijgen.
Helaas zien we in onze cultuur dezelfde zonden uitbreken, zoals het plegen van abortus en het lezen van horoscopen. Het occulte neemt een toenemende plaats in, tot in kinderboeken toe. Men wil zich uitleven op seksueel gebied. Heel het leven gaat om genot. Maar het is allemaal lijnrecht in strijd met het Woord van God. Het loopt ook op een mislukking uit. De mensheid die zich verzet tegen God gaat haar ondergang tegemoet. Het oordeel zal zeker komen.
Feitelijk is het oordeel er al. We lezen dat oordeel op verschillende plaatsen in Gods Woord. Duidelijk vinden we het in Romeinen 1. „Daarom heeft God hen ook overgegeven in de begeerlijkheden hunner harten tot onreinigheid, om hun lichamen onder elkander te onteren. Mannen met mannen schandelijkheid bedrijvende en vrouwen die het natuurlijk gebruik veranderd hebben in het gebruik tegen nature.” Dat zien we nu overal om ons heen gepropageerd, tot zelfs in kerkelijke kringen toe. Het oordeel staat er niet aan te komen. Het is al gekomen. Dat oordeel zal erger worden. Omdat men het schepsel eert boven de Schepper, zegt Romeinen 1.
Wat is de oplossing? Het is teruggaan naar het vaste Woord van God. Manasse ging rechtstreeks in tegen het geopenbaarde Woord van God. Leviticus 19 en 20 beschrijven dat de zonden die Manasse bedreef, een gruwel waren in de ogen des Heeren en gestraft zouden worden. Toch ging Manasse ermee door. Hij stelde zijn eigen mening boven het Woord van God. Dat gebeurt nu om ons heen ook, tot in kerken toe.
Wat nodig is, is terug te gaan naar het vaste Woord van God en dat we dat Woord niet alleen vasthouden, maar ook beleven in ons hart en liefhebben. Daartoe hebben we een nieuw hart nodig. Het stenen hart in ons moet weggenomen worden en een vlesen hart moet ervoor in de plaats geschonken worden. Verootmoediging is nodig en het hartelijk gebed dat Gods Geest zou werken.
De Schotse predikant John Livingstone preekte op 21 juni 1630 over Ezechiël 36:26: „Ik zal u een nieuw hart geven, en zal een nieuwen geest geven in het binnenste van u; en Ik zal het stenen hart uit uw vlees wegnemen, en zal u een vlesen hart geven. En Ik zal Mijn Geest geven in het binnenste van u.” Het gevolg was dat 500 mensen tot bekering gebracht werden. Dan wordt Gods Woord ook beleefd in ons hart. Dan word ik verlost van mijn ik-gerichtheid en gefocust op God. Dat hebben wij vandaag nodig. Het begint bij verootmoediging en terugkeer naar de Schrift. Dan alleen is er toekomst voor land en kerk.
De auteur is emeritus predikant in de Christelijke Gereformeerde Kerken. Weerwoord gaat in op vragen die in deze tijd op christenen afkomen.