Coalitie laakt investeren ING en ABP in Israëlische nederzetting
Acht Nederlandse banken, pensioenfondsen en verzekeraars, met ING en pensioenfonds ABP voorop, investeren miljarden euro’s in bedrijven die geld verdienen aan Israëlische nederzettingen in de omstreden Palestijnse gebieden.
Dat blijkt volgens dagblad Trouw uit onderzoek van de zogeheten Don’t Buy into Occupation coalitie van 25 Palestijnse en Europese maatschappelijke organisaties. In een woensdag verschenen rapport schrijft de coalitie –met onder meer de Nederlandse vredesbeweging PAX– dat ING met 3,9 miljard euro in de top tien van Europese kredietverstrekkers in de nederzettingen staat. ABP belegde voor 923 miljoen euro in aandelen in 21 bedrijven.
Wegen
Andere Nederlandse investeerders die worden genoemd zijn ABN AMRO, Rabobank, Van Lanschot Kempen, Aegon, NN Group en Pensioenfonds Zorg en Welzijn. Samen belegden de acht Nederlandse instellingen tussen 2018 tot mei 2021 voor 8 miljard euro in bedrijven die actief zijn in de Palestijnse gebieden.
Israël maakt voor de bouw en uitbreiding van nederzettingen in die gebieden gebruik van de diensten en producten van allerlei bedrijven, zoals voor de aanleg van wegen en telefoonlijnen. Volgens de coalitie lopen ook financiers van die ondernemingen het risico betrokken te zijn bij mensenrechtenschendingen.