Recept: zoetzure bietjes
Het is een raar moestuinjaar. Geen stuwmeer aan courgettes of kroppen andijvie en sla deze zomer, met dank aan talloze slakken die als een brandschattend leger bij herhaling de plantjes met de grond gelijk maakten. Jammer, maar helaas.
Bieten zijn er daarentegen in overvloed. Om de een of andere reden gingen de slakken met een boog om die prille plantjes heen. En blijkbaar houden deze knollen wel van flink wat regen, want ze zijn stuk voor stuk behoorlijk uit de kluiten gewassen. Op zich geen probleem, als je van bietjes houdt. Dat het er veel zijn niet, en dat ze aan de maat zijn ook niet. Maar de oogst is zo uitbundig dat er niet goed tegen op te eten is. En ze lijken, zolang ze nog in de grond staan, wel steeds door te blijven groeien.
Als appeltje voor de dorst verwerkte ik er een aantal tot zoetzuur. Als alternatief voor atjar tjampoer of augurken.
Maar wat met de rest aan te vangen? Je kunt ze, gekookt of geblancheerd, in de diepvries stoppen. Daar worden ze slap van, en daar moet je van houden. We gaan de rest van de voorraad maar eens op een ouderwetse manier proberen te conserveren: ingekuild in een afgedekt gat in de grond. En dan niet vergeten er geregeld een paar op te delven.
Ingrediënten (voor circa 4 potjes)
Ca. 1 kg rauwe en ongeschilde bieten, 1 klein uitje, ca. 200 ml (appel)azijn, 1-3 el kristalsuiker, 1 laurierblaadje, 5 peperkorrels, flinke snuf gedroogde tijm, klein snufje chilipoeder (eventueel), flinke snuf zout. Verder nodig: lege potjes met schroefdeksel.
Bereiding
1. Snijd het loof een paar centimeter boven de bieten af. Was de bieten. Doe ze met ruim water in een royale pan. Breng het water aan de kook en kook de bieten tot ze net gaar maar nog wel stevig zijn. Mijn zomerbieten hadden aan drie kwartier genoeg. Test of ze gaar zijn door er met een mesje in te prikken. Als dat gemakkelijk gaat, zijn ze goed. Giet de bieten af, spoel ze af met koud water en laat ze wat afkoelen. Verwijder de schil, de wortel en de aanzet van de stelen. Snijd of schaaf de bieten in plakjes, blokjes of staafjes.
Of kies voor een snellere methode: schil de rauwe bieten, was ze en snijd ze in blokjes, reepjes of plakjes. Kook de stukjes biet vervolgens in een bodempje water net gaar. Dat duurt 5 tot 10 minuten. Giet ze daarna af.
2. Pel en snipper de ui. Doe de azijn, de uiensnippers en alle andere ingrediënten in een pan. Zet de pan op het vuur, roer alles door elkaar en verhit de azijn tot de suiker is opgelost. Laat het azijnmengsel even trekken. Voeg de bieten toe en breng alles weer aan de kook. Schep de inhoud van de pan een paar keer voorzichtig om.
3. Kook ondertussen de potjes en de deksels een minuut of 5 uit in een grote pan met water. Alternatief: zet ze in de vaatwasser en vul ze zodra het programma is afgelopen zodat de potjes en de deksels goed heet zijn.
4. Zet de potjes op een snijplank of theedoek. Schep bieten in de potjes en vul ze tot de rand. Verdeel tot besluit het azijnmengsel over de potjes. Draai de deksels erop en zet de potjes op z’n kop. Laat ze afkoelen.