Kabinet laat ondergang schip Van Imhoff in 1942 onderzoeken
Het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) gaat in opdracht van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Defensie onderzoek doen naar de ondergang van het schip Van Imhoff bij Sumatra in januari 1942. Daardoor kwamen 411 geïnterneerden om. Het moet leiden tot de rehabilitatie van de slachtoffers.
Een woordvoerder van Defensie bevestigt berichtgeving van NRC hierover. Het kabinet komt hiermee de nabestaanden tegemoet, zegt hij. De nabestaanden pleiten al jaren voor eerherstel. De zaak wordt gezien als een van de grootste doofpotaffaires na de oorlog.
Na de Duitse inval in Nederland werden Duitse en Oostenrijkse burgers in Nederlands-Indië geïnterneerd. Het Nederlandse koopvaardijschip Van Imhoff was op weg naar Brits-Indië toen het door de Japanners tot zinken werd gebracht. De Nederlandse bemanning verliet het schip, maar liet de 477 geïnterneerden onder het dek aan hun lot over. De meesten overleefden het niet.
Volgens de woordvoerder van Defensie moet nog met advocaat Liesbeth Zegveld, die een aantal nabestaanden vertegenwoordigt, worden overlegd hoe het onderzoek wordt ingericht.