Hoe rendabel blijven zonnepanelen?
De populariteit van zonnepanelen stijgt. Steeds meer huishoudens en bedrijven kiezen voor zonne-energie. Een dak met zonnepanelen lijkt ook goed voor de portemonnee, maar blijft dat in de toekomst ook zo?
Vorig jaar maakten 1 miljoen huishoudens gebruik van zonnepanelen. Daar zijn er dit jaar nog eens 500.000 bijgekomen, meldde het Voortgangsoverleg Klimaatakkoord deze week. Het platform baseert zich op gegevens van onderzoeksbureau Dutch New Energy Research (DNER).
Het onderzoeksbureau rekent in Nederland met een totaal van 8 miljoen huishoudens. De afgelopen jaren versnelt het tempo waarop huizen zonnepanelen krijgen, signaleert DNER. Gemiddeld hebben de afgelopen drie jaar circa 240.000 huizen per jaar zonnepanelen gekregen. „Als deze trend doorzet, zouden voor 2030 alle geschikte huizen zonnepanelen kunnen hebben”, zegt senior onderzoeker Steven Heshusius. De meeste huizen zijn geschikt voor het plaatsen van zonnepanelen, maar niet alle. Heshusius zegt ook dat er soms minder oppervlak beschikbaar is doordat er andere apparatuur op het dak is aangebracht, zoals een buitenunit van een airco.
Hoewel dus niet elk gebouw even goed geschikt is, kunnen volgens DNER op behoorlijk wat meer daken in Nederland zonnepanelen worden gelegd dan nu het geval is. Het onderzoeksbureau wijst alleen al op de ruim 1 miljoen huizen die in het bezit zijn van woningbouwcorporaties.
Investering
Doet de consument die nog geen zonnepanelen heeft er verstandig aan om die aan te schaffen? Als je een koopwoning hebt en je dak is er geschikt voor, dan raadt de Consumentenbond aan om dit serieus te overwegen. „Het is een goede investering en je doet ook iets goeds voor het milieu”, stelt woordvoerder Joyce Donat.
Het laten plaatsen van zonnepanelen kost al gauw duizenden euro’s, maar na 6 à 7 jaar hebben ze zichzelf terugverdiend, vertelt Donat. Daarbij kan de consument een fiscaal voordeel benutten: de Belastingdienst betaalt, nadat hiervoor een verzoek is ingediend, het btw-tarief van 21 procent terug.
Na teruggave heeft de consument de kosten er al na 5 jaar uit, berekent de Consumentenbond. De nieuwste zonnepanelen gaan zo’n 25 jaar mee. Dat betekent dat een huishouden na het terugverdienen zo’n 18 jaar gratis stroom heeft.
Omvormer
Zonnepanelen mogen dan wel een kwarteeuw meegaan, dat geldt niet voor de omvormer. Dit apparaat zet de gelijkstroom uit de zonnepanelen om in wisselstroom, die nodig is om elektronische apparaten in het huishouden te laten functioneren. Een omvormer gaat tussen de 10 en 15 jaar mee. Een nieuwe omvormer kost hoogstens 1000 euro; andere grote kostenposten zijn er niet volgens de bond.
De zogeheten salderingsregeling maakt het aanschaffen van zonnepanelen nog eens extra aantrekkelijk. Dat betekent dat de vergoeding die de consument voor teruggeleverde stroom ontvangt even hoog is als de prijs van stroom die hij van het energiebedrijf afneemt.
De teruggeleverde stroom wordt van de door de consument afgenomen stroom afgetrokken. De consument hoeft alleen te betalen voor het aantal kilowatturen dat onder de streep overblijft. Deze verrekening heet salderen. Neemt een huishouden bijvoorbeeld 3000 kilowattuur stroom af terwijl het 2000 teruglevert, dan krijgt dat enkel een factuur voor de overgebleven 1000 kilowattuur.
Onzeker
Maar de salderingsregeling staat op de tocht. Het kabinet wilde deze aanvankelijk vanaf 2023 afbouwen, maar na kritische geluiden uit de Tweede Kamer heeft het demissionaire kabinet dit op de lange baan geschoven. Het is dus nog onzeker wat er gaat gebeuren.
Door die onzekerheid zijn er ook veel consumenten die de aanschaf van zonnepanelen uitstellen. Onnodig, vindt Consumentenbond-woordvoerder Donat. Het salderen van het energiegebruik heeft volgens haar juist veel mensen over de streep getrokken. „Het systeem functioneert dus goed en heeft zijn nut bewezen. Houd dit dus vooral in stand.”
Samen met Vereniging Eigen Huis roept de Consumentenbond het kabinet ertoe op om niet te morrelen aan de salderingsregeling. Zonne-energie kan straks nog hard nodig blijken te zijn, stelt de zegsvrouw. „Zeker als we op den duur van het gas af gaan, zal er bijvoorbeeld meer elektrisch moeten worden gekookt. Dat maakt zonnepanelen nog interessanter; je wekt tenslotte je eigen energie op.”