Zo’n wonderlijke club. Dit is de titel van het boekje dat naar aanleiding van het 75-jarig bestaan van de Bond tegen vloeken werd geschreven. Het feit dat de Bond nog altijd bestaat, vervult ons niet met vreugde. Immers, ons streven is erop gericht om onszelf overbodig te maken. Nog altijd zijn wij ver van dat doel verwijderd en daarom blijven we ons met veel overtuiging inzetten voor een samenleving waarin niet gevloekt en gescholden wordt.

Om die reden zijn wij onlangs opnieuw een campagne gestart. Daarin worden Nederlanders met appellerende posters aangezet om na te denken over hun woordgebruik. Wij doen dat in lijn met ons gedachtegoed, dat in onze statuten is verwoord: „De Bond tegen vloeken stelt zich op de grondslag van Gods Woord en belijdt mitsdien, dat alle vloeken, zowel het gedachteloos als het opzettelijk spottend of godslasterlijk misbruiken van Gods heilige Naam ingaat tegen Gods heilige wet en dat er geen groter zonde is, noch die God meer vertoornt, dan de lastering van Zijn Naam.”

We staan voor het bevorderen van de eer van Gods Naam en het respecteren van elk mens, omdat iedereen naar Zijn beeld gemaakt is (Jakobus 3:9). Daarvoor zijn we publiek present en steeds weer op zoek naar een getuigenis dat in de seculiere samenleving werkt. De Bond is geen zoutvat maar zoekt in biddend opzien een zoutende werking te hebben in het publieke domein.

Confronterend

De nieuwe campagne van de Bond tegen vloeken heeft als thema ”Weet wat je zegt”. Wij willen mensen bewust maken van wat ze daadwerkelijk zeggen én van het effect van taal op anderen. De campagne is en wordt via meerdere mediakanalen ingezet. Allereerst met grote posters met indringende portretfoto’s in het straatbeeld. Op elke poster staat een woord dat kwetsend is voor de mensen die met de portretfoto worden aangeduid. In de zin eronder wordt aangegeven welke impact dat woord heeft op die personen.

De campagne wordt positief ontvangen. Dit blijkt uit de vele reacties op sociale media, de mails en de telefoontjes. Extra posters worden besteld om ze op scholen en in bedrijven op te hangen. Verder kwamen er verzoeken binnen om op allerlei plekken extra lessen en presentaties te verzorgen. Er zijn ook enige kritische reacties. Die zetten ons aan tot nadenken.

Met de campagne hebben we een groot bereik. Dat brengt ons een stap verder om vloeken en schelden uit te bannen en respectvol taalgebruik te promoten. We willen graag duidelijk, verbindend en positief communiceren. We zijn ons bewust van de impact die de beelden en de gekozen woorden (kunnen) hebben en zochten een goede balans tussen de gekozen woorden en de ondertiteling. Voor ons staat voorop dat Gods Naam heilig is. Dit geldt evenzo voor de Naam van de Heere Jezus. Vooraf is uitgebreid nagedacht over de impact. Reflecties vanuit onze reformatorische achterban zijn opgehaald om zorgvuldig de juiste toon te treffen. Het bestuur van de Bond staat van harte achter de campagne.

De belangrijkste vraag voor ons was en is: hoe zijn we in de hedendaagse samenleving present en hoe maken we in deze tijd en context contact? De campagne is gestart in de volle overtuiging dat wij hiermee invulling geven aan de doelstelling van de Bond: het goede gebruik van Gods Naam bevorderen. We zien ook in de Bijbel talloze voorbeelden van scherp en aansprekend woordgebruik. Denk aan Paulus op de Areopagus. Hij sluit aan bij zijn gehoor en weet te boeien zonder zijn boodschap inhoudelijk aan te passen. Ook Jezus was erg duidelijk en vaak confronterend in Zijn uitspraken, maar altijd met de bedoeling om mensen liefdevol tot een nieuw inzicht en tot verandering te brengen.

Liefdesgeboden

Wij doen ons werk in afhankelijkheid en biddend, omdat we ons bewust zijn dat het mensenwerk blijft. Ons werk vraagt al sinds 1917 wijsheid, maar ook scherpte en durf. We willen zichtbaar en hoorbaar aanwezig zijn in samenleving. Dit is een uitdrukkelijke vraag van onze donateurs. We leren iedere dag en daarom zijn reacties voor ons waardevol. Die houden ons immers alert en scherp. Daarom bij dezen de uitnodiging om met ons in gesprek te gaan over de wijze waarop de Bond invulling kan geven aan het „met wijsheid wandelen” dat ons onlangs is toegewenst.

De Bond blijft opkomen voor het eerbiedig gebruiken van Gods heilige Naam en respectvol taalgebruik. Dit vanuit de twee liefdesgeboden: „Gij zult de Heere, uw God, liefhebben uit geheel uw hart, en uit geheel uw ziel, en uit geheel uw verstand. Dit is het eerste en grote gebod. En het tweede, aan dit gelijk, is dit: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf” (Mattheüs 22:37-39). We kunnen dit niet alleen. De Bond heeft de steun nodig van ieder die de Naam van God wil eren. Bovenal: wij als Bond kunnen niet zonder Zijn zegen.

De auteur is directeur van de Bond tegen vloeken.