Geestelijke kracht
1 Johannes 2:14
„Ik heb u geschreven, jongelingen, want gij zijt sterk.”
Laat ieder juichen van heilige vreugde die uit zijn toestand van slavernij is verlost, uit de woestijn is gevoerd en in het Kanaän van het behoud is geleid! Laat er nog wat zijn wat beter is dan lofprijzingen, namelijk een heilig leven, godvruchtige daden, aanhoudende toewijding van hen die zo zijn gesterkt en aangevuurd, en overwinnaars gemaakt van de zonde.
Wij hebben voor ons het portret van de modeljongeman. Er wordt niets gezegd over zijn geleerdheid. Hij kan een model zijn van alles wat geestelijk goed is, hoewel zijn opvoeding is verwaarloosd. Er wordt niets gezegd over zijn rijkdom, zijn positie in de maatschappij, over zijn persoonlijk voorkomen; zonder iets om ten aanzien van een van deze dingen op te noemen, kan hij toch in de voorhoede van de strijders van Christus staan. Wat hier wordt gezegd, heeft alleen maar te maken met geestelijke bekwaamheden: deze jongeman is sterk. De sterkte die hier wordt bedoeld, is niet het resultaat van het feit dat hij jong is. Het is geen louter natuurlijke kracht, maar een geestelijke sterkte, die een gevolg is van de inwoning van de Geest in de man; een sterkte die de natuurlijke kracht naar voren brengt en heiligt, en die maakt dat de jongeman met zijn kracht sterk is in de juiste richting. „Ik heb aan je geschreven, jongelingen, want gij zijt sterk.”
C. H. Spurgeon, predikant te Londen
(”12 Preken voor jongeren”, 1868)