Het was
onvergetelijk hoe hij daar sprak over de verwachting voor het volk van Israël. Daar werd de liefde voor
dat volk in mijn hart gelegd.

Voor mij ligt het boek ”Doe wel bij Sion”, waarin op een zeer lezenswaardige wijze, verlucht met talloze foto’s, de geschiedenis wordt beschreven van 25 jaar werk onder het Joodse volk vanuit de Gereformeerde Gemeenten.

Nieuwsgierig sla ik het boek open om meer te weten te komen over de man die zo de liefde tot het Joodse volk uitdroeg en met wie ik nog enkele jaren deel mocht uitmaken van het bestuur van het toenmalige Da Costafonds. Heel ontroerend is om te lezen hoe ds. Boogaard vertelt dat hij eens over Simeon wilde preken en zijn oog viel op Lukas 2:32: „Een Licht tot verlichting der heidenen en tot heerlijkheid van Uw volk Israël.” Hierover merkt hij dan op: „Let op het verschil met het Oude Testament. Daar is het eerst Israël en dan de heidenen. Dat gaf stof tot overdenking. Simeon, geleid door de Heilige Geest, kan weleens bedoeld hebben dat Christus eerst door de heidenen zal worden aangenomen en pas in het einde der tijden door Israël.” Vervolgens merkt hij heel bescheiden op: „Ik acht mijzelf onbevoegd om iets nieuws te zeggen en zoek daarom steun bij verklaarders die de grondtekst dieper uitspitten dan ik kan. Mastenbroek bracht me op het spoor van vijf oudvaders die dezelfde uitleg aan de profetie van Simeon geven. Gods goede hand wees me erop, mag ik wel zeggen.” Zo geeft hij een inkijkje in zijn geestelijke zoektocht om te komen tot een visie met betrekking tot de toekomst van het volk Israël. In het boek komen we veel van die heel persoonlijke ontboezemingen tegen die het heel aantrekkelijk maken om te lezen.

Worsteling

Zo bekent ds. A. Schot, voorzitter van het deputaatschap voor Israël: „Lange tijd heeft ons kerkverband geen oog gehad voor de verantwoordelijkheid die wij hebben ten opzichte van het Joodse volk.” Ook is te lezen hoe ds. C. J. Meeuse zich verbaasd afvraagt hoe het toch kan dat in de Gereformeerde Gemeenten de beïnvloeding door de vervangingstheologie zo onverwacht groot is geweest. Dit verwonderde hem temeer daar er zo veel geschriften gelezen werden uit de tijd van de Nadere Reformatie en daarin zoekt men tevergeefs naar een uitgesproken vervangingstheologie. Hij wijst dan op de invloed die Abraham Kuyper onwillekeurig via bepaalde kanalen steeds meer kreeg, waardoor ook de vervangingstheologie steeds meer aanhang kreeg.

Je ziet die worsteling ook bij ds. W. Silfhout, die later zo veel publicaties op zijn naam kreeg van boeken over het Joodse volk. Nadat hij gevraagd was om deputaat te worden, moest hij daar eerst over nadenken. Hij schrijft dan: „Ik ging erover lezen, met name ook over Paulus’ boodschap in Romeinen 9-11. Toen ging ik steeds meer zien welke rijke beloften
Gods Woord bevat voor het Joodse volk.”

Openhartig verslag

Zo geeft dit prachtig opgemaakte boek een openhartig verslag van een kerkverband dat geworsteld heeft met zijn visie op het Joodse volk, maar zich nu met een hartelijke liefde aan dat volk verbonden weet. Het gestrooide zaad door de pioniers, onder wie ook zeker genoemd moet worden ds. C. Sonnevelt, brengt veel vrucht voort. Het boek geeft een uitgebreid overzicht van de talloze activiteiten die erop gericht zijn de verkondiging van het Evangelie onder de beminden der vaderen te ondersteunen en de bewustwording te vergroten. Een hoogtepunt hierin vormt zeker de bevestiging van ds. M. L. Dekker tot predikant van de gemeente Nechama (2019) en ook de uitzending van ds. I. L. Zöld in Boedapest.

Wie meer wil weten over de weg die gegaan is binnen de Gereformeerde Gemeenten in hun roeping om het Evangelie te verkondigen onder het Joodse volk vindt in dit boek aangename uren lees- en kijkgenoegen, maar zal zich bovenal verwonderen over Gods weg en geve Hem de eer.

Boekgegevens

Doe wel bij Sion, div. auteurs; uitg. deputaatschap voor Israël; 204 blz.; € 9,95