AWVN: werkgevers wel voor hybride werken, niet voor wetgeving
Werkgevers zijn er in meerderheid voorstander van om de voordelen van thuiswerken na de coronacrisis te behouden. Hybride werken, waarbij een deel van de tijd vanuit huis kan worden gewerkt, lijkt dan ook de nieuwe norm te worden, meldt werkgeversvereniging AWVN op basis van een ledenenquête. Wetgeving om het recht op thuiswerken vast te leggen ziet die organisatie echter niet zitten.
Negen op de tien werkgevers merken dat het personeel graag thuiswerkt en veel bedrijven zien daar ook de voordelen van in. De norm bij hybride werken lijkt drie dagen op kantoor en twee dagen thuis te worden, stelt AWVN. 60 procent van de ondervraagde werkgevers zegt hiervoor te kiezen.
Daarbij krijgen veel werknemers ook een thuiswerkvergoeding. Werkgevers hebben wel last van de fiscale regels rond die vergoedingen. Tegelijkertijd worden de reiskostenregelingen aangepast. Twee derde van de werkgevers deed dat al of is dat binnenkort van plan. Bedrijven willen het liefst dat er één nieuwe regeling komt waarin reiskosten- en thuiswerkvergoedingen samen worden gevoegd.
In de politiek wordt momenteel gepraat over een wetsvoorstel dat werknemers een wettelijk recht op thuiswerken geeft. Daarvan zou alleen afgeweken kunnen worden als de werkgever aangeeft dat er een zwaarwegend bedrijfsbelang is. AWVN ziet daar niets in, omdat bedrijven ook via de ondernemingsraden en bij cao-onderhandelingen afspraken kunnen maken over thuiswerken. Daarbij kan meer worden ingegaan op de specifieke situatie bij een bedrijf.