„Melden burgemeesterskandidaten zinloos”
Dat gemeenteraden verplicht zijn de namen van burgemeesterskandidaten openbaar te maken, dient geen enkel doel. Sterker nog, het is waarschijnlijk de oorzaak van het sterk teruggelopen aantal sollicitanten naar de functie van burgervader.
Dat schrijft B. Staal, de commissaris van de Koningin in Utrecht, in zijn tweejaarlijks verslag.
Als voorbeelden om zijn stelling te staven noemt Staal de gemeenten Rhenen en Ronde Venen. Slechts zestien respectievelijk twaalf mensen hebben daar naar de functie van burgemeester gesolliciteerd, terwijl dat er vroeger in beide gevallen zo’n dertig zouden zijn.
„Logisch”, meent Staal, „niemand vindt het leuk om als tweede keus bekend te raken. Zeker niet als hij uiteindelijk geen burgemeester wordt. En die kans is erg groot, omdat de minister in 94 procent van de gevallen de voorkeur van de gemeenteraad volgt. Nummer twee wordt dan niet alleen gezien als iemand die het net niet werd, maar ook als iemand die weg wil uit zijn huidige functie.”
De commissaris, zelf afkomstig uit de D66-gelederen, tekent nadrukkelijk aan dat hij de benoemingsprocedure op zich een verbetering vindt. „Ze is democratischer, want de gemeenteraad draagt nu de burgemeesterskandidaten aan en niet meer de commissaris van de Koningin. Het enige waar ik bezwaar tegen maak, is de verplichte openbaarmaking van de twee kandidaten.”
Staal ziet drie mogelijke oplossingen voor het probleem. „Ten eerste kan men kandidaat nummer twee -wanneer hij dat blijkt te zijn- de mogelijkheid bieden zich terug te trekken. Ten tweede kan de raad gewoon één persoon voordragen. En ten derde is het mogelijk om de namen van de twee sollicitanten geheim te houden.”
De voorkeur van Staal gaat uit naar optie twee. „Wanneer de raad een griffier moet kiezen, wordt er ook slechts één naam voorgedragen. Bovendien volgt de minister in bijna alle gevallen toch de voorkeur van de gemeenteraad. Wanneer hij er problemen mee heeft, kan de procedure toch gewoon worden herhaald?”
Het argument dat de minister bij de voordracht van slechts één burgemeesterskandidaat niet meer kan selecteren op basis van politieke kleur, wijst Staal direct van de hand. „Die achtergrond speelt al jaren niet meer mee in de benoeming.”