Begrotingstekort dit jaar 62,4 miljard of 7,5 procent van het bbp
Het begrotingstekort komt in 2021 waarschijnlijk uit op 62,4 miljard euro. Dat schrijft demissionair minister van Financiën in de Voorjaarsnota die naar de Tweede Kamer is gestuurd. Het tekort bedraagt daarmee 7,5 procent van het bruto binnenlands product (BBP). Dat percentage is volgens CBS-cijfers sinds 1995, ruim 25 jaar, niet zo hoog geweest.
Het begrotingstekort is groter dan de 5,5 procent van het BBP (44,9 miljard) die in september in de Miljoenennota werd voorzien. Dat komt volgens het ministerie doordat er veel extra uitgaven worden gedaan.
Financiën noemt een aantal grote kostenposten. Het coronasteun- en herstelpakket is uitgebreid tot het derde kwartaal van dit jaar. Dat kost zo’n 6 miljard euro. Om de slachtoffers van de kindertoeslagaffaire tegemoet te komen gaat 1,2 miljard naar compensatie en 0,9 miljard naar de kwijtschelding van schulden. Ook wordt 800 miljoen gestoken in de verbetering van de „informatiehuishouding” en dienstverlening binnen de overheid, om vergelijkbare problemen in de toekomst te voorkomen.
Andere grote nieuwe kostenposten zijn de versnelde hersteloperatie in het Groningse aardbevingsgebied (1,5 miljard) en tegenvallers voor de komende zes jaar ter waarde van in totaal 2,7 miljard euro. De gemeenten krijgen 600 miljoen euro extra voor de jeugdzorg en het onderwijs krijgt 8,5 miljard voor tijdens en na de coronacrisis. Er zijn nog meer tegenvallers, onder meer rond de huurtoeslag, langdurige arbeidsongeschiktheid en de ggz. Die leidden tot een tegenvaller van nog eens 4,3 miljard euro.
De verwachting is dat de overheidsschuld dit jaar uitkomt op 60 procent van het BBP. De komende jaren zullen de cijfers weer verbeteren, hoewel er nog altijd tekorten zullen zijn. Het begrotingstekort voor 2025 wordt op 0,8 procent geraamd, de schulden dalen in dat jaar volgens deze nota tot 58 procent.