Aboutaleb: aanpak corona-uitbraak is te versnipperd
De manier waarop Nederland de uitbraak van het coronavirus bestrijdt, is te versnipperd. Dat zegt burgemeester Ahmed Aboutaleb van Rotterdam. „Eerst hebben we op zondag het gesprek tussen het kernkabinet met RIVM en anderen, zoals het Outbreak Management Team. Vervolgens een gesprek met het parlement en daarna moeten de ministers nog een keer bij de burgemeesters komen. Nu zitten er soms dagen tussen het signaleren van een urgentie en het nemen van een besluit. Ik vind dat te lang”, aldus Aboutaleb.
De PvdA-burgemeester ziet veel heil in een soort Nationale Veiligheidsraad, zoals de Verenigde Staten die hebben. „Alles in één hap bij elkaar. Ik ben gecharmeerd van dat idee.”
Aboutaleb wil ook dat de overheid meer doet om crises te voorkomen. „We verdienen met elkaar zo’n 800 miljard euro in dit land. Het Rijk heeft een begroting van ongeveer 350 miljard euro. Daarvan gaat om en nabij de 1 procent naar preventie. Aan de coronacrisis hebben we afgelopen jaar 70 tot 75 miljard euro uitgegeven, ongeveer een kwart van de nationale begroting. Dat leidt tot oplopen van de staatsschuld met 20 tot 25 miljard. Geen drama, dat kunnen we hebben, maar het vraagt om rationeel kijken hoe we dit hebben verdeeld.”
De Rotterdamse burgemeester vindt ook dat de privacyregels te streng zijn voor een crisis. Vlak voor de corona-uitbraak was er in Rotterdam een grote oefening waarbij zogenaamd een vrouw een virus meenam uit het Erasmus MC. Aboutaleb: „Toen ontdekten we dat de ov-chipkaart een zalig ding was om iedereen te traceren die bij de mevrouw in de metro had gezeten. Maar privacy staat ons in de weg. Toen zei ik: als het moet ga ik door de privacywet heen, en dan moet ik nog zien dat de minister-president zegt dat ik het fout heb gedaan. De privacywet is niet bedoeld om de gezondheidszorg in de weg te staan.”
Aboutaleb sprak bij de opening van het Pandemic & Disaster Preparedness Center in Rotterdam. Dat is een samenwerkingsverband van de Erasmus Universiteit, het Erasmus Medisch Centrum en de Technische Universiteit Delft. In het centrum moeten mensen uit alle hoeken van de wetenschap, niet alleen virologen en artsen maar bijvoorbeeld ook sociologen en ingenieurs, samenwerken zodat Nederland zich beter kan voorbereiden op de volgende crisis.
Want dat er ooit een nieuwe crisis komt, staat voor de initiatiefnemers vast. En om voorbereid te zijn, wil het centrum ook leren van de coronacrisis. „Wat ontbrak is: hoe ga je om met de mentale gezondheid van de bevolking als het zo lang duurt? Hoe ga je om met de enorme maatschappelijke ongelijkheid die versterkt wordt door een pandemie? En hoe ga je om met de campagnes van desinformatie?”, aldus viroloog Marion Koopmans.
Die volgende crisis kan een nieuwe virusuitbraak zijn, maar klimaatverandering is ook een dreigende ramp. En de oplossing voor het ene probleem kan juist het volgende probleem veroorzaken, legt het voorbereidingscentrum uit. Als de zomers in Nederland bijvoorbeeld droger worden, kan het nodig zijn om waterbekkens aan te leggen om de droge periode door te komen. Maar dat water kan een broeinest worden voor muggen die ziektes als knokkelkoorts overdragen en die door het veranderende klimaat meer deze kant op zullen komen. Ook daar willen de initiatiefnemers zich op voorbereiden.