Door de opgelaaide strijd tussen het Ethiopische regeringsleger en het Tigray Volksbevrijdingsfront (TPLF) dat de regio voorheen bestuurde, kwamen sinds november duizenden mensen om en sloegen honderdduizenden mensen op de vlucht. Sinds december worden hulpverleners toegelaten in het gebied.

Troepen uit buurland Eritrea die zich in het conflict hadden gemengd, begonnen zich in het voorjaar terug te trekken. Volgens Amnesty International hebben die in november honderden burgers gedood in de stad Axum.

In maart werd duidelijk dat er een gezamenlijk onderzoek van de Verenigde Naties en Ethiopië komt naar vermeende oorlogsmisdaden tijdens het conflict. Aanklagers in Ethiopië onderzoeken onder meer deze aantijgingen en stellen nu dat Eritrese troepen eind november 110 burgers in Axum hebben gedood. Eerder deze maand hadden zij het nog over 93 doden die in „grote meerderheid” TPFL-militairen zouden zijn.

De aanklagers kondigden aan dat binnenkort verdachten worden geïdentificeerd in het onderzoek naar Axum. Zij melden niet of Eritrea daaraan wil meewerken. De Ethiopische en Eritrese regering hadden maanden ontkend dat troepen uit Eritrea meevochten in Tigray.

De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken riep de Ethiopische regering vorige maand op druk te zetten op het vertrek van de Eritreërs, die volgens hem ernstige mensenrechtenschendingen hebben begaan en zich schuldig hebben gemaakt aan etnische zuiveringen. De regering van Joe Biden is van plan visumbeperkingen op te leggen aan Ethiopische en Eritrese overheidsfunctionarissen vanwege de wreedheden in Tigray, meldt het tijdschrift Foreign Policy op basis van bronnen in Washington. Die stap zou een keerpunt kunnen betekenen in de inmiddels verzuurde relatie met Ethiopië, dat een belangrijke partner van de VS is in Oost-Afrika.