Binnenland

Lijntjes van B. naar Laakkwartier

De twee verdachten uit het Haagse Laakkwartier behoorden tot dezelfde groep moslimextremisten als Mohammed B. Deze groep had vergevorderde plannen voor een terroristische aanslag.

Jan van Klinken
12 November 2004 11:13Gewijzigd op 14 November 2020 01:52

Dat zei minister Remkes van Binnenlandse Zaken donderdag tijdens het kamerdebat over de moord op Theo van Gogh. De bewindsman bevestigde dat de inlichtingendienst AIVD tijdens onderzoek naar de zogeheten Hofstadgroep („een van de vele groepjes”) Mohammed B. iedere keer tegenkwam. Zo vond de politie tijdens een routinecontrole bij B. een lijst met gegevens van diverse moslimradicalen die de dienst als sinds 2002 in het vizier had. De AIVD-agenten die hen schaduwden, signaleerden dat ze steeds fanatieker werden.

Een van de figuren uit deze Hofstadgroep vindt in augustus 2002 onderdak bij Mohammed B. Enkele maanden later blijken bij hem geheime bijeenkomsten te worden gehouden waarbij de plicht tot de heilige oorlog centraal staat. Een 43-jarige Syrische koranleraar ontwikkelt zich tot leider.

Begin 2003 vertrekken twee leden van de Hofstadgroep naar Tsjetsjenië om daar mee te vechten aan de kant van hun moslimbroeders. Al in Oekraïne lopen ze tegen de lamp. Erg serieus neemt de AIVD hen niet. De dienst houdt het op puberaal gedrag. In de loop van 2003 worden de signalen steeds sterker dat de groep een terroristische cel begint te vormen. Het is in die periode dat B. een baard laat groeien, in een traditioneel gewaad gehuld gaat, de contacten met zijn familie verbreekt en er steeds radicalere ideeën op nahoudt. Ook blijkt hij koranteksten te schreeuwen.

Een aantal leden van de Hofstadgroep verblijven korte tijd in Pakistan, naar wordt aangenomen voor een paramilitaire training. Uit het feit dat B. niet meegaat, leiden de inlichtingendiensten af dat hij niet tot de harde kern behoort. Dat verklaart waarom hij niet voortdurend wordt geschaduwd. „Hij wordt gebruikt omdat hij de beschikking heeft over een onderkomen en een auto”, luidt de analyse van de AIVD.

Als na de aanslag in Madrid na een tip van de AIVD de terrorist Akoudad in Spanje wordt opgepakt, probeert justitie het Hofstadnetwerk op te rollen. De harde kern van de groep ontving van Akoudad directe opdrachten. In Amsterdam, Den Haag en Amersfoort worden diverse figuren gearresteerd. Justitie beschuldigt hen van het voorbereiden van een aanslag. Maar niet Mohammed B., ondanks de inval in zijn huis aan de Marianne Philipsstraat. De bewijslast tegen hem is te dun.

Onder de arrestanten is Samir A. Een ander is Jason W., die net als de andere vier moest worden vrijgelaten wegens gebrek aan bewijs maar die deze week na een grootscheepse belegering van het Haagse Laakkwartier alsnog werd ingerekend.

In de woning van B. treft de politie een in het Arabisch opgesteld jihad-testament aan. Het behoort overigens niet toe aan B. maar aan een ander uit de groep. Andere stukken zijn tijdig weggesluisd. In een afgetapt telefoongesprek hoort de AIVD B. zeggen dat het maar goed is dat hij „die documenten” heeft verborgen.

Na hun vrijlating gaat de groep weer op de oude weg verder. Ook de Syrische koranleraar duikt weer op. Dit jaar slaat de politie opnieuw toe. Enkele vrienden van B. worden in Portugal, waar het Europees voetbalkampioenschap zal worden gehouden, in de kraag gegrepen. Ze zouden een aanslag beramen maar de bewijzen zijn onvoldoende. Ze worden overgebracht naar Nederland, waar de AIVD hen duchtig aan de tand voelt. Een van hen, E., legt een verklaring af over B. Hij omschrijft hem als een gevaarlijk persoon die een zelfmoordtestament voor hem zou hebben opgesteld. De AIVD neemt aan dat E. dat alleen maar zegt om zichzelf te ontlasten. „Ervaringen met het aanspreken van personen in radicaal-islamitische netwerken leren dat vrijwel altijd misleidende antwoorden worden gegeven”, zo stelt de AIVD.

Eind juni wordt Samir A., een sleutelfiguur uit de Hofstadgroep, voor de tweede keer opgepakt. Bij hem thuis vind de politie plattegronden van het Binnenhof, Schiphol en andere vitale objecten. Kort daarna wordt zowel de vaste als de mobiele telefoon van B. afgetapt om meer zicht te krijgen op de Hofstadgroep. Ook de afgelopen maanden wordt zijn mobiele telefoon afgeluisterd maar het toestel blijkt dan door een derde voor onschuldige doeleinden te worden gebruikt, laat staan dat het aanwijzingen oplevert voor plannen om Theo van Gogh te vermoorden.

Begin oktober duikt de naam van Mohammed B. opnieuw op in een ambtsbericht van de AIVD. Er blijkt een Marokkaanse tolk geheime informatie te lekken die vermoedelijk terecht is gekomen in de Marianne Philipsstraat in Amsterdam, de woning van Mohammed B.

Vrijdag 29 oktober, vier dagen voor de moord besluiten AIVD en politie nog om het onderzoek naar de Hofstadgroep te evalueren. Ze komen uit op een latere datum in november maar worden ingehaald door het schokkende feit van de moord op Theo van Gogh.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer