Colombia onderzoekt dood en verdwijning demonstranten
De Colombiaanse procureur-generaal en de mensenrechtenautoriteit DPC gaan moorden en verdwijningen onderzoeken die zich tijdens een golf van protesten hebben voorgedaan. In het Zuid-Amerikaanse land wordt nu al acht dagen op rij gedemonstreerd uit onvrede over de regering van president Iván Duque.
Procureur Francisco Barbosa Delgado en DPC-ombudsman Carlos Camargo Asís hebben bekendgemaakt dat ze ook een speciaal netwerk opzetten om beter informatie te kunnen verschaffen over geweld tijdens de betogingen. Vooralsnog houden ze politieagenten verantwoordelijk voor de dood van drie mensen.
In totaal zijn er tot dusver 24 mensen gedood tijdens de protesten, onder wie elf slachtoffers op één protestbijeenkomst. Van zeven gevallen is de toedracht nog niet duidelijk en de moord op zes anderen wordt niet in verband gebracht met de protestbeweging zelf. Camargo Asís heeft gezegd dat er naar vermisten wordt gezocht en dat al 38 van de 89 mensen die tijdens demonstraties als vermist zijn opgegeven, teruggevonden zijn. Er zijn 850 gewonden gevallen bij de betogingen.
In heel het land gaan mensen al een week de straat op om beter onderwijs, betere gezondheidszorg en meer veiligheid te eisen. De betogers van verscheidene bewegingen, inheemse of indiaanse bevolkingsgroepen en vakbonden eisen daarbij dat de rechtse president Iván Duque aftreedt. Duque vindt dat de demonstranten zich schuldig maken „aan een gewelddadig vandalisme” en dat er in sommige plaatsen geen sprake is van demonstraties maar van een regelrecht „stadsterrorisme”. Minister van Binnenlandse Zaken Daniel Palacios Martínez heeft iedereen opgeroepen geen geweld te gebruiken.
De oproerpolitie is woensdagavond nog in actie gekomen met onder meer traangas toen betogers het parlementsgebouw in de hoofdstad Bogota belaagden. In een aantal plaatsen wordt er in de marge van vreedzame betogingen op grote schaal geplunderd en brand gesticht. De betogingen zijn 28 april losgebarsten als gevolg van een wetsvoorstel om het belastingstelsel aan te passen. Het zou volgen critici een ramp hebben betekend voor vooral de middenklasse die door de coronacrisis al zou zwaar te lijden heeft. De regering van Duque wilde onder meer een hogere btw invoeren en meer inkomstenbelasting. Het voorstel is voorlopig van tafel naar aanleiding van de protesten.