Aan de basis van al deze mogelijkheden staat de bekende 1,6 liter turbomotor, die een vermogen levert van 180 pk. Daar mogen de kunsten van de elektromotor nog bij worden opgeteld. In het geval van de hybride komt de Tucson dan tot 230 pk en een koppel van 350 Nm. Gekoppeld aan een zestrapsautomaat presteert de auto uitermate vlot. Bij remmen en gas los wordt energie teruggewonnen en opgeslagen in een batterij. Die wordt weer aangesproken bij lage snelheden of als maximale prestaties worden gevraagd. Ten opzichte van andere hybrides valt op dat de Hyundai behoorlijk wat kilometers achter elkaar elektrisch kan rijden.

De exact 4,5 meter lange vijfdeurs oogt indrukwekkend, vooral door zijn bijzonder vormgegeven front. De vakverdeling van de grille wordt consequent doorgetrokken in de koplampen. De manier waarop de spatborden extra worden gemarkeerd, levert een wat druk lijnenspel op. De scherp gevormde achterlichtunits zijn middels een reflectorstrook met elkaar verbonden.

Naast chroom, leer, pianolakzwart en zachte stoffen zijn alle elementen en de plaatsing ervan in het interieur bekend. De auto maakt een hoogwaardige indruk. De stoelen zijn fors van formaat en bieden een goede ondersteuning. Het instrumentarium bestaat uit een digitaal scherm.

Op de achterbank is ruim plaats voor drie volwassenen die benen en hoofd prima kwijt kunnen. De twee delen van de rugleuning kunnen in hoek versteld worden. De bagageruimte varieert van 616 tot 1795 liter. Daar kan dus flink wat vakantiebagage in mee.

Hyundai geeft de nieuwe Tucson een prettig afgestemd onderstel mee dat goedmoedig over oneffenheden gaat. Wie de maximale prestaties wil testen, wordt daarbij niet beperkt.