Economie

Vitaal in vrije tijd, uitgeblust op het werk

Oudere werknemers zijn niet één grote grijze massa. Ze zijn zeker geen standaard probleemgevallen. Het moet dan ook eens zijn afgelopen met het stigmatiseren en generaliseren, vindt RWI-voorzitter Jan van Zijl.

Sytse de Jong
11 November 2004 09:02Gewijzigd op 14 November 2020 01:51
DEN HAAG – Het najaarscongres van de Raad voor Werk en Inkomen stond woensdag in het teken van senioren die hun tijd overwegend arbeidzaam doorbrengen, in plaats van fietsend of op de golfbaan. RWI‑voorzitter Jan van Zijl vindt dat oudere werknemers nie
DEN HAAG – Het najaarscongres van de Raad voor Werk en Inkomen stond woensdag in het teken van senioren die hun tijd overwegend arbeidzaam doorbrengen, in plaats van fietsend of op de golfbaan. RWI‑voorzitter Jan van Zijl vindt dat oudere werknemers nie

Het najaarscongres van de Raad voor Werk en Inkomen stond woensdag in het teken van senioren die hun tijd overwegend arbeidzaam doorbrengen, in plaats van fietsend of op de golfbaan. Van Zijl zette demonstratief een steekwagentje met een stapel documenten naast het spreekgestoelte. Aan de talloze rapporten over ouderen en de arbeidsmarkt zal het niet liggen. Vanwege de vergrijzing moeten ouderen langer aan het werk blijven, daarover zijn de meeste mensen het wel eens.

Veel invloed op de werkvloer heeft al het geschrijf nog niet gehad. In de beeldvorming zijn werknemers boven de pakweg 55 jaar uitgebluste types die de dagen aftellen tot hun pensioen. Merkwaardig, vindt Van Zijl. Want ze zijn niet vaker ziek dan hun jongere collega’s. Ook hebben ze niet per definitie een lage arbeidsproductiviteit. Integendeel. „Het zijn ervaren mensen van wie anderen nog veel kunnen leren.” Om het dagthema van de RWI te citeren: ”Grijs geeft kleur aan de werkvloer”.

Op de keper beschouwd is het overbodig al te veel zorgen te hebben over de arbeidsparticipatie van ouderen. Naarmate de samenleving verder gaat vergrijzen, wordt hun inzet steeds noodzakelijker. Niemand kan domweg om de senioren heen. Toch is Van Zijl van deze afwachtende houding allerminst gecharmeerd. „Als we negatief blijven aankijken tegen oudere werknemers, uit zich dat in schadelijke verschijnselen als een hoog ziekteverzuim en een lage arbeidsproductiviteit. Het is daarom ook van belang hen gezond en gemotiveerd in te zetten.”

Staatssecretaris Van Hoof van Sociale Zaken en Werkgelegenheid waarschuwde op het congres dat sectoren als het onderwijs, de gezondheidszorg en de chemie al over twee jaar op een tekort aan werknemers moeten rekenen. Dit houdt verband met het feit dat tegen die tijd de eerste babyboomers de arbeidsmarkt vaarwel zeggen. „Ondernemers doen er verstandig aan te anticiperen op de arbeidsmarktsituatie die over relatief korte tijd ontstaat. Het belangrijkste is dat er een cultuuromslag komt in het denken over oudere werknemers en hun waarde voor de arbeidsorganisatie.”

Illustratief vindt Van Hoof in dit verband het beeld dat reclamemakers neerzetten van senioren. Op een beurs voor ouderen waarop hij onlangs beroepshalve rondliep, trof hem de levenslustige sfeer. „Vitaal in hun vrije tijd, afgeleefd op hun werk. Waarom heb ik het gevoel dat er iets niet helemaal klopt?”

Een retorische vraag, die naadloos aansloot op het betoog van Van Zijl. De RWI-directeur voerde een pleidooi om de ”ontziemaatregelen” (ook wel leeftijdsdagen genoemd) in CAO’s, die zijn opgesteld om oudere arbeidskrachten te beschermen, kritisch onder de loep te nemen. „Niet iedereen die 55 jaar is, kan of wil bijvoorbeeld niet meer in nachtdienst werken.” Gerichte stimuleringsmaatregelen, zoals scholing en functieverandering, kunnen wat hem betreft in de plaats komen van de algemene ontziemaatregelen.

Voorzitter L. Hermans van ondernemersorganisatie MKB-Nederland had daar wel oren naar. „Er moet een discussie op gang komen op welke manier we leeftijdsdagen kunnen inleveren.”

Een snelle reactie volgde van voorzitter L. de Waal van vakcentrale FNV. „We gaan niet in algemene termen praten over het schrappen van deze of die verlofvorm. Ontziemaatregelen voor bijvoorbeeld oudere werknemers die in nachtploegen werken, zijn een goede maatregel. Als het schrappen alleen dient om te bezuinigen, hoepel dan maar op.”

Als maar duidelijk is, benadrukte Van Zijl, dat er een algemene omslag moet komen. „Ik weet dat maatwerk een vreselijk modieus woord is. En toch, we moeten naar maatwerk toe.”

Met het oog daarop gaat zijn organisatie komende maanden een grondige inventarisatie uitvoeren van de gevolgen van de vergrijzende werkvloer. De stapel op het steekkarretje kan nog hoger worden door een aansluitend prachtig RWI-advies.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer