De politie meldt donderdag dat „uit alle gesprekken die zijn gevoerd in het district en de ervaringen die de wijkagenten hebben opgehaald in de wijken, blijkt dat het draagvlak voor deze collega’s dusdanig is afgenomen dat vorige week met hen het gesprek is aangegaan over de mogelijkheid van een verplaatsing. De conclusie is dat het beter is als zij aan de slag gaan in een team buiten dit district, om de rust terug te brengen in het team en de focus nu kan liggen op het herstellen van het vertrouwen van de buurt.”

De vijf agenten kregen eerder een schriftelijke berisping naar aanleiding van de berichtjes in de appgroep, ook wel de Jan Smitappgroep genoemd.

De omstreden appgroep is ook onderwerp van gesprek in de gemeenteraad van Rotterdam van donderdag. Die vergadering is even voor 19.00 uur nog bezig. Onder meer wordt het advies besproken van de Adviescommissie Grondrechten en Functie-uitoefening Ambtenaren (AGFA), die zich in opdracht van de politie boog over de berisping van de agenten. De AGFA ondersteunt deze strafmaat. De onafhankelijke commissie stelt dat de agenten werken in een wijk met veel armoede en migranten en dat dit cynisch kan maken, wat dan tot uiting komt in racistische uitspraken. Het is volgens de commissie geen rechtvaardiging voor de appjes, wel een verklaring.

Onlangs bracht NRC naar buiten dat er in de appgroep ook discriminerende opmerkingen zijn gemaakt na de moord op de 16-jarige Hümeyra. De Rotterdamse raad reageerde toen met afschuw op deze onthullingen en verschillende partijen uitten hun zorgen over de cultuur binnen de politie.

Over de straf van de agenten is de raad verdeeld. Zo zijn DENK en Nida van mening dat de betrokken agenten alsnog moeten worden ontslagen. Burgemeester Ahmed Aboutaleb vindt dat de agenten, die hun excuses hebben aangeboden, een tweede kans verdienen.