De kerkklok luiden met een touw raakt meer in zwang
Het traditioneel kerkklokluiden met een touw raakt de laatste jaren in Nederland meer in zwang, zeggen kenners. Een fan van zware klokken uit Zwolle: „Laten we zuinig zijn op deze traditie.”
„Ik trek geregeld aan de touwen. Het is ontspannend en inspirerend”, zegt Bert Dijkink (74). De Zwollenaar geniet ervan om loodzware kerkklokken met een touw aan het luiden te krijgen.
Zo beklimt hij regelmatig de krap 200 treden die leiden naar de vier luidklokken van de Peperbus, de 75 meter hoge toren in hartje Zwolle, horend bij de Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw-Tenhemelopneming. „De zwaarste klok in de Peperbus weegt 2300 kilo. Je moet even aan het touw trekken voordat je daar de schwung in hebt. Maar het is te doen.”
Dijkink is voorzitter van het in 2018 opgerichte Zwols Klokkenluidersgilde St. Michaël. De pakweg twintig luiders activeren één tot twee keer per week handmatig de vier klokken van de Peperbus. „Het geluid van kerkklokken maakt de stad vrolijk”, zegt Dijkink. „Een lichte klok, ook wel papklok genoemd, rond de middag kan voor mensen het signaal zijn om de lunch te nemen.”
Ceremonie
De Zwolse klokken beieren onder meer tijdens Kerst, Pasen en Pinksteren en op rooms-katholieke gedenkdagen, zoals het hoogfeest van Petrus en Paulus (ter nagedachtenis aan de marteldood van deze apostelen) en Maria-Tenhemelopneming. Ook komen de bronzen gevaartes hoog in de toren tot leven op koninklijke verjaardagen of bij andere memorabele momenten. „Zo luidden we in 2019 vijf minuten de klokken tijdens de eerste raadsvergadering van de nieuwe burgemeester Snijders. Die stelde de ceremonie op prijs.”
Om omwonenden niet horendol te maken, is het Zwolse klokkenluidersgilde alleen na acht uur ’s morgens en voor acht uur ’s avonds actief. „En we luiden de klokken niet langer dan vijf minuten achter elkaar”, zegt Dijkink, die ook secretaris is van het in 2014 opgerichte Kamper Klokkenluidersgilde Geert van Wou. „We willen rekening houden met bijvoorbeeld thuiswerkende mensen die vlak onder de toren wonen.”
Nederland telt volgens een grove schatting zo’n 10.000 luidklokken, die grotendeels in kerken hangen. De zwaarste klokken hangen in de Grote Kerk in Dordrecht (bijna 10.000 kilo) en in de Oude Kerk in Delft (bijna 9000 kilo). Verder heeft ons land krap 200 carillons.
Luidersdagen
De laatste jaren groeit de belangstelling voor het ouderwetse klokkenluiden, dus met behulp van een touw, laten diverse experts op dat terrein weten. Pakweg de afgelopen vijf jaar zijn diverse nieuwe klokkenluidersgildes opgericht. „Mensen willen oude tradities in ere herstellen. Het is leuker om aan een touw te trekken dan een computer het werk te laten doen”, zegt Heleen van der Weel. Ze was jarenlang stadsbeiaardier van Den Haag en schreef diverse boeken over luid- en carillonklokken.
In onder meer Utrecht is het klokkenluidersgilde „heel actief”, zegt Rainer Schütte, conservator van het Klok & Peel Museum in het Brabantse Asten. Hij wijst erop dat klokluiders speciale luidersdagen organiseren. „Zo versterken de luiders de onderlinge band.”
In Europa worden sinds ongeveer 700 na Christus kerkklokken geluid. „De Oostenrijkse filosoof Friedrich Heer sprak van „Glocken-Europa” (klokken-Europa), omdat het gebruik van luidklokken heel Europa verbindt”, weet Schütte.
In 2018, het Europees jaar van het cultureel erfgoed, riep de Spaanse organisatie Hispania Nostra INTBAU klokkenluiders in Europa op zich te laten horen. De luiders moesten op een zaterdag om twaalf uur ’s middags hun klokken handmatig luiden. Doel was om dat gebruik op de lijst van immaterieel erfgoed van de Unesco te krijgen. Zover is het nu nog niet. „In Zwolle hebben we toen ook meegeluid”, blikt Dijkink terug.
Riedeltje
Het klokkenluiden ontstond in kloosters, waar klokken gebedstijden aankondigden. Eeuwenlang alarmeerden kerkklokken de burgerij ook bij gevaar of rampspoed, zoals brand. In waaktorens langs de kust hingen klokken.
Tijdens de watersnood in 1953 waarschuwden kerkklokken langdurig voor het stijgende water. Heleen van der Weel: „Dat klokgelui tijdens stormweer moet in de duistere nacht onheilspellend en sinister hebben geklonken.”
Kenners zien de klokluidtraditie niet snel verdwijnen. Al kan het een hele toer zijn vrijwilligers enthousiast te houden voor een wekelijkse gang naar de kerktoren.
Klokluidfan Bert Dijkink uit Zwolle: „Laten we zuinig zijn op deze traditie. In bijvoorbeeld Utrecht en Zwolle hoor ik vanaf torens geregeld een riedeltje. Daar word ik blij van.”