Voor de negende keer organiseerde het Nederland Dagblad voorafgaand aan verkiezingen een debat tussen de lijsttrekkers van de drie christelijke partijen. Het debat vond dinsdag plaats in Veenendaal. De heren zijn vriendelijk voor elkaar, maar er blijkt wel degelijk wat te kiezen. Een krachtmeting.

De eerste stelling waarop de drie heren mogen reageren, gaat over het klimaat met een toespitsing op de agrarische sector: er moet een extra belasting op vlees komen. CDA en SGP trekken hierin één lijn. Daar voelen ze niet voor. Het is fraudegevoelig en het betekent een lastenverzwaring voor gezinnen. Segers vindt het wel een gerechtvaardigde keuze omdat de boeren zo een eerlijke prijs krijgen voor hun producten.

Bij het thema kernenergie staan CDA en SGP opnieuw aan dezelfde kant. Zij vinden dat kernenergie onmisbaar is bij de oplossing van het klimaatprobleem. Segers noemt kernenergie geen taboe, maar hij wil eerst vol inzetten op zonne- en windenergie.

Tijdens een een-op-een-interview krijgt Hoekstra vragen over zijn ingreep in het verkiezingsprogramma op het gebied van prostitutie. Daarin sprak het CDA zich aanvankelijk uit voor het Zweedse model, dat bezoekers van prostituees strafbaar stelt. Op verzoek van Hoekstra is dat geschrapt.

Dinsdag legde Hoekstra uit dat nog te veel vragen zijn over dit systeem. Volgens de CDA’er zijn niet in alle landen de ervaringen positief. Als uit onderzoek blijkt dat het Zweedse systeem wel effectief is, wil Hoekstra het ook in Nederland invoeren.

Betrouwbare overheid

De drie heren zijn het er snel met elkaar over eens dat het de overheid in de afgelopen jaren niet is gelukt het vertrouwen van burgers terug te winnen.

Van der Staaij pleit voor rust in het wetgevingsproces. Hoekstra vindt dat de overheid wetten te ingewikkeld maakt omdat ieders inbreng daarin een plaats moet krijgen. Segers stelt dat de overheid de samenleving meer ruimte moet gunnen.

In een een-op-een-interview krijgt Van der Staaij vragen over de liefde tussen FVD en SGP. De SGP-voorman is niet bang dat zijn kiezers overlopen naar Baudet en consorten. Volgens de SGP’er is de afgelopen periode wel duidelijk geworden dat FVD soms hele andere keuzes maakt dan de SGP. Zo stelde FVD-voorman Baudet in de coronacrisis dat beter alle kerken dicht moesten. En steunde FVD, met de PVV, een motie om de beraadtermijn van vijf dagen uit de abortuswet te halen.

Volgens de SGP-voorman voelt zich slechts een klein deel van zijn achterban aangesproken door Baudet. De SGP-voorman meent dat nu iedereen kan zien dat FVD eigenlijk geen serieus werk maakt van het parlementaire werk: „Alleen maar hard ”boe” roepen laat ik graag over aan de koeien.”

In de derde en laatste debatronde komen vragen van kijkers aan bod. Segers en Van der Staaij tonen meer huiver voor een coronapaspoort dan Hoekstra. Ook staat de CDA’er alleen als het gaat om inperking van de abortuspraktijk en eenverdieners.

Onderwijsvrijheid

Het laatste onderwerp van betekenis dat aan de orde komt, is de vrijheid van onderwijs. Segers en Van der Staaij werpen Hoekstra voor de voeten dat hij niet pal staat voor de vrijheid van onderwijs. „Mag je nog zeggen dat het huwelijk bestemd is voor een man en een vrouw? Dat staat ter discussie”, aldus Van der Staaij.

Hoekstra brengt daartegen in dat sommige reformatorische scholen jongeren met een homoseksuele geaardheid in problemen brachten. Van der Staaij wijst naar rapporten van de onderwijsinspectie waaruit blijkt dat reformatorische scholen wel een sociaal veilig klimaat bieden.

Segers heeft aan het eind van het debat ook nog een een-op-een-interview. Daarin krijgt hij de vraag waarom de CU van invoering van de voltooidlevenwet een breekpunt maakt bij een nieuwe formatie. En waarom de partij niet opstapte toen de huidige coalitie in de ogen van veel CU-kiezers slechte deals maakte bij het vluchtelingenbeleid.

Volgens Segers zouden de vluchtelingen niet zijn geholpen bij een breuk. Ze zouden zelfs slechter af zijn. „Dan kun je beter blijven en een stapje in de goede richting doen.” Bij de invoering van de voltooidlevenwet gaat het om „zwart-wit. Komt die wet er wel of niet.” De ChristenUnie kan de verantwoordelijkheid voor invoering ervan niet dragen.