Buitenland

Moeilijk om in echt hoop voor Irak te geloven

De hoop ligt op straat deze dagen in Irak. Het bezoek van de paus maakt een hausse aan optimisme los voor dit land in puin. Maar waarom lukt het me niet om er echt in te geloven?

Jacob Hoekman
8 March 2021 16:39
Pauselijke colonne in Irak. beeld AFP, Vincenzo Pinto
Pauselijke colonne in Irak. beeld AFP, Vincenzo Pinto

Kinderen met palmtakken in de hand, uitgedost op hun paasbest tegen een achtergrond van in puin liggende huizen. Een paus die een duif loslaat die zijn weg zoekt boven een verscheurde stad, op zoek naar iets groens. De bisschop van Rome die broederlijk de handen pakt van de belangrijkste sjiitische leider van het land, sprekend over vergeving en verzoening.

Het waren stuk voor stuk unieke taferelen, de achterliggende dagen in Irak. Met krachtige foto’s die spreken van hoop en van liefde. Een hoop en een liefde voor Irak die ik deel met de paus, samen met de duizenden enthousiaste mensen die op de been waren in het door oorlog verscheurde land.

Mij ontbreekt echter één ding: geloof. Ik merk dat ik het niet echt durf te geloven, dat vanaf nu alles beter gaat worden in Irak. En nog nooit heb ik zo gehoopt dat ik er naast zit. Dat Irak inderdaad een rooskleurige toekomst tegemoet gaat, waarin de tientallen minderheden als broeders samenleven. Waarin Irak wel degelijk weer trekjes krijgt van de tuin die ooit daar lag, tussen de Eufraat en de Tigris.

Maar ik geloof het gewoon niet. Waarom? Omdat ik, als ik in Irak ben, eerder het tegenovergestelde zie. Segregatie, onderling wantrouwen, machtspolitiek. Ik zeg er direct bij: de christenen van Irak maken zich daar misschien wel in de eerste plaats schuldig aan. Velen zijn geestelijk al uitgecheckt uit het land van hun voorvaderen.

Als je het hen vraagt, zien ze in feite geen toekomst meer, zoals de christelijke hoogleraar die ik ooit sprak in het noorden van Irak. „Jacob”, zei hij tegen me over zijn islamitische medeburgers, „ze fokken als beesten. Ze rusten niet tot ze de macht hebben. Zo hebben ze het hier gedaan, zo zullen ze het ook bij jullie in Europa doen.”

En geloof me, deze rabiate taal is écht geen uitzondering onder christenen in Noord-Irak. De paus kan dan wel een bezoek brengen aan de sjiitische ayatollah Ali al-Sistani, en ik wil de symbolische waarde daarvan zeker niet onderschatten, maar ik verwacht gewoon niet dat het op de grond veel feiten gaat veranderen.

Daarvoor is nodig wat de belangrijkste kerkleider van Irak eerder zei. „In Irak dient eerst een nieuwe generatie te worden opgevoed die weer gelooft in pluralisme en respect voor de ander”, aldus patriarch Louis Raphael Sako van de Chaldeeuws-Katholieke Kerk. Precies dat. Eerder gaan die vrede en dat samenleven er niet komen.

Begrijp me goed, ik snap best dat veel christenen zo’n houding niet meer kunnen opbrengen. Je zal maar opgegroeid zijn in Mosul, halsoverkop hebben moeten vluchten voor Islamitische Staat, en nu zijn teruggekeerd terwijl zowel je huis als je kerk in puin liggen – gebruikt als schietschijf door de IS-terroristen van wie sommigen ooit je buren waren. En tot overmaat van ramp zijn je eigendommen geconfisqueerd door nieuwe milities – deze keer van sjiitische huize. Dan zou ik het bijltje er ook bij neergooien.

Maar nogmaals: hopelijk zit ik er faliekant naast. Aan de woorden van de paus heeft het niet gelegen. Als vergeving en verzoening werkelijk gaan functioneren, kan álles gebeuren. Dan wordt zelfs Irak weer een lusthof.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer