Scheiding zorg en onderwijs funest voor thuiszitter

Het aantal scholieren dat uitvalt uit het onderwijssysteem groeit al jaren. De wet passend onderwijs die in 2014 werd ingevoerd, moest daarin verandering brengen. Dat is echter niet gelukt.

8 March 2021 16:24
Het aantal leerlingen dat uitvalt uit het schoolsysteem, stijgt al jaren. beeld ANP, Jeroen Jumelet
Het aantal leerlingen dat uitvalt uit het schoolsysteem, stijgt al jaren. beeld ANP, Jeroen Jumelet

Ter illustratie: in het schooljaar 2019/2020 zaten in totaal 4790 leerlingen langer dan drie maanden aangesloten thuis, vijf jaar eerder stond de teller op 3254.

Reden voor docenten Marjon Velsink en Melanie Philips om de problematiek van deze zogeheten thuiszitters in kaart te brengen. In ”De achterkant van het onderwijs” laten zij zien hoe het kan dat een leerplichtige scholier maanden- of soms zelfs jarenlang niet meer in het klaslokaal te vinden is.

De auteurs laten vooral leerlingen zelf aan het woord. Dat is verfrissend. Vaak wijzen thuiszitters er namelijk op dat er wel óver, maar niet mét hen wordt gesproken.

De geïnterviewde jongeren zijn geen afspiegeling van de hele groep thuiszitters, zeggen beide auteurs. Toch laten de ervaringen van de acht scholieren duidelijk zien waar het misgaat. Neem bijvoorbeeld de 18-jarige Kevin. Hij heeft autisme, dyslexie en kampt met een taal- en spraakstoornis. De tiener wordt gepest en reguliere basisscholen kunnen hem niet genoeg hulp bieden. Uiteindelijk maakt hij school niet af, maar stroomt hij door naar de dagbesteding.

Of neem het verhaal van Freddie. De 21-jarige doet vijf jaar over de laatste twee klassen van het vwo. Vanaf het begin van haar middelbareschoolloopbaan kampt ze met gevoelens van faalangst. Die worden zo sterk dat ze op dagen waarop ze een toets moet maken, niet naar school durft. In de vierde klas heeft ze een verzuim van achthonderd uur, in de vijfde klas gaat ze helemaal niet meer naar school. De tiener krijgt steeds te maken met wisselende zorgverleners. Het hulpverleningstraject slaat daardoor in eerste instantie niet aan.

Docenten zijn vaak betrokken op leerlingen die dreigen uit te vallen of al uitgevallen zijn, signaleert zorgcoördinator Sarah Molenkamp in ”De achterkant van het onderwijs”. Maar het stelsel werkt tegen. Zo is de tweedeling tussen onderwijs en zorg steeds groter geworden. „De vraag is altijd weer: Wie betaalt het? (…) Onderwijs en jeugdzorg zouden veel meer samen moeten gaan werken.”

De problematiek van thuiszitters valt op korte termijn niet op te lossen, zegt onderwijsinspecteur Marieke van der Ros in het boek. „Er is nog te weinig regie als het om thuiszitters gaat en ik heb de indruk dat het onderwijsveld te weinig gebruik maakt van de bestaande mogelijkheden om leerlingen maatwerk te bieden.”

Een landelijke aanpak is nodig, concluderen Velsink en Philips. Het duo pleit daarnaast voor meer maatwerk binnen de reguliere scholen. Ook moet er meer oog zijn voor de mogelijkheden die een thuiszittende leerling nog wel heeft.

Aan adviezen ontbreekt het in ”De achterkant van het onderwijs” niet. De tips zijn over het algemeen echter niet zo makkelijk toepasbaar in het reguliere schoolsysteem. En of een toenemende focus op het individu in plaats van op de groep –zoals Philips en Velsink bepleiten– wenselijk is, is nog maar zeer de vraag.

De achterkant van het onderwijs, Marjon Velsink en Melanie Philips; uitg. SWP; 120 blz.; € 20,-

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer