Provincies betalen onderzoek naar toekomst bruine vloot
Overijssel, Friesland en Flevoland betalen een onderzoek naar de financiële toekomst van de zogeheten bruine vloot. De bruine vloot bestaat uit ruim vierhonderd historische Hollandse zeilschepen, die vooral nog op het IJsselmeer, het Markermeer en de Waddenzee varen. De schippers hebben de grootste moeite om geld bij banken te kunnen lenen voor duurzame investeringen. Het onderzoek moet uitwijzen of een eigen investeringsfonds mogelijk is, aldus de provincie Overijssel.
De historische zeilschepen zijn tegenwoordig in de vaart voor vakanties en uitstapjes. Een dergelijk aanbod is een commerciële onderneming en daarom kunnen de schippers niet terecht bij culturele fondsen. Maar het historisch erfgoed is weer niet commercieel genoeg om bij een bank een lening te kunnen afsluiten.
Investeringen zijn echter dringend nodig om milieumaatregelen te kunnen nemen, stelt Overijssel. Er is ook geld nodig om de schepen te laten voldoen aan de coronamaatregelen. Door de coronacrisis heeft de vloot de omzet in 2020 zien kelderen, terwijl 2021 er ook nog niet gunstig uitziet. De Overijsselse gedeputeerde Eddy van Hijum heeft voorgesteld om de bruine vloot aan te wijzen als werelderfgoed, waardoor de schepen een beschermde status zouden krijgen.