De moedermelk zorgt ervoor dat het kind op latere leeftijd niet slechter presteert op school. Promotieonderzoek van medisch psychologe L. van der Tuin-Batstra van de Rijksuniversiteit Groningen laat dat zien.

Kinderen van rokende moeders hebben vaker aandachtsproblemen en tonen vaker hyperactief gedrag. Opvallend is echter dat het hierbij alleen om kinderen gaat die geen borstvoeding hebben gehad, stelt de onderzoekster. „Kinderen die wel borstvoeding hebben gehad, blijken net zo goed te presteren als hun leeftijdsgenootjes.”

Volgens de onderzoekster zijn het de zogenoemde langeketenvetzuren in de moedermelk die het schadelijke effect van roken compenseren. Deze stoffen zijn verantwoordelijk voor de ontwikkeling van de hersenen.

De onderzoekster benadrukt dat de uitkomsten van haar onderzoek voor vrouwen geen vrijbrief mag zijn om tijdens hun zwangerschap gewoon door te roken. „Roken is hoe dan ook slecht voor het ongeboren kind. Het zorgt er nog steeds voor dat de longetjes slechter ontwikkeld zijn en dat kinderen van rokende moeders vaker astma hebben.”

Het onderzoek laat verder zien dat baby’s die bij hun geboorte een slechte start hebben gehad, op oudere leeftijd vaker last hebben van psychiatrische klachten. „Kinderen die onder minder gunstige omstandigheden zijn geboren, zoals stress en roken tijdens de zwangerschap, het drinken van koffie of de hoge leeftijd van de moeder, hebben als twintiger vaker te kampen met psychiatrische problemen zoals depressies en verslavingen.”

Voor haar promotieonderzoek onderzocht de promovenda een groep van 3000 proefpersonen die tussen 1975 en 1978 zijn geboren in het Academisch Ziekenhuis in Groningen. Deze groep is zowel vlak na de geboorte als in de kindertijd onderzocht en nu door Van der Tuin-Batstra.