Wie is gediend bij afblazen centraal eindexamen?
Als het enigszins mogelijk is, moeten de centrale examens doorgaan. De nadelen als gevolg van het afblazen van de examens zijn onevenredig groot in verhouding tot de voordelen van het doorgang laten vinden daarvan.
Al vrij snel na het uitbreken van de coronacrisis in maart 2020 is besloten het centraal eindexamen (CE) in het voortgezet onderwijs niet door te laten gaan. Hoewel de gevolgen daarvan toen niet geheel te overzien waren, was de reden tot op zekere hoogte begrijpelijk. Er was nog veel onduidelijk over het virus, testen moesten nog op grote schaal ontwikkeld worden en werkelijk niemand wist hoe de pandemie zich zou ontwikkelen. De minister-president sprak over een dichte mist, waarin toch een koers bepaald moest worden, ook voor het onderwijs. Een van de gevolgen was dat de scholen aangewezen waren op de schoolexamens die door henzelf waren gemaakt en afgenomen.
Onderwijsachterstand
Het gevolg van dit besluit is inmiddels genoegzaam bekend. Laten we het maar klip-en-klaar benoemen: er zijn nog nooit zoveel leerlingen geslaagd als in het schooljaar 2019-2020! Wie daaromheen draait, steekt zijn hoofd in het zand. We moeten dit feit onder ogen durven te zien. We doen iedereen tekort als we geen reëel zicht houden op de gevolgen van maatregelen als het afblazen van het CE en (niet te vergeten!) de sterk versoepelde overgangsnormen vanwege schoolsluitingen en onderwijs op afstand.
Daarbij komt dat het ontbreken van een centrale eindtoets elk zicht op de prestaties van scholen ten opzichte van elkaar ontneemt. Voor een duidelijke beoordeling van de langetermijngevolgen voor de leerlingen in hun vervolgopleiding is het nog vroeg, maar de eerste signalen stellen absoluut niet gerust. We zien het op scholen ook al terug bij leerlingen die bevorderd zijn naar een hoger leerjaar en die te kampen hebben met een onderwijsachterstand.
Volwaardig diploma
We zijn nu ruim acht maanden verder in de coronacrisis en de examens van het schooljaar 2020-2021 komen in zicht. Laten we, gezien de ervaringen van vorig jaar, niet te snel aan de noodrem trekken. Want wie is daar nu uiteindelijk mee gediend? De leerlingen in ieder geval niet.
Inmiddels beraden de minister, de bonden, het LAKS en de VO-raad zich op de situatie. En dat is natuurlijk goed en nodig. De omstandigheden rond de besmettingen, aangevuld met de dreiging van een Brits gemuteerd virus, vragen ons immers allemaal om alert te zijn en met alles rekening te houden.
In verband met toenemende besmettingen is op 16 december 2020 door de minister besloten tot aanvullende maatregelen rond de centrale examens 2021. Ondanks de hoge besmettingsgraad hield de minister hierbij, na advies van het werkveld, vast aan het laten doorgaan van het CE. Wel werden er aanvullende maatregelen afgekondigd, zoals spreiding van de examens over een groter aantal tijdvakken en het verruimen van de herkansingsmogelijkheden. Met deze aanvullende maatregelen moest het voor leerlingen mogelijk zijn zich voldoende voor te bereiden op de examens en uiteindelijk een volwaardig diploma te halen.
Onafhankelijke toets
In de kerstvakantie van 2020 werden we geconfronteerd met de dreiging van de Britse mutant van het coronavirus, die besmettelijker is, en gingen de scholen weer over op onderwijs op afstand, met uitzondering van de examenleerlingen. Intussen is er gelukkig weer sprake van een geleidelijke daling van het aantal besmettingen. Hoewel alertheid absoluut geboden blijft, is de situatie niet ernstiger dan in december, toen de minister het besluit nam. Toch ontstaat er, mede op aangeven van het LAKS en de onderwijsbonden, een dynamiek waarin allerlei ingrepen in het CE worden voorgesteld.
Wij zijn van mening dat we, als het enigszins mogelijk is, moeten vasthouden aan het principebesluit van de minister. Concreet betekent dat: de centrale examens gaan door, tenzij duidelijk blijkt dat het praktisch onmogelijk is de examens op een veilige manier af te nemen. De nadelen als gevolg van het afblazen van de examens zijn onevenredig groot in verhouding tot de voordelen van het doorgang laten vinden daarvan.
Kennis en vaardigheden van de leerlingen wordt hiermee in alle vakken geëxamineerd aan de hand van een onafhankelijke, externe en gevalideerde toets. De waarde van het diploma blijft zoveel mogelijk behouden. En inderdaad, de kans bestaat dat de slagingspercentages lager uitvallen dan in eerdere jaren. Maar moeten we hier onze ogen voor sluiten? Moeten we de schadelijke effecten die deze crisis voor onze jongeren met zich meebrengt niet gewoon met open vizier tegemoet treden? Wiens belang dienen we als we dit bedekken? Zeker niet het belang van de leerlingen. Ook stelt het duidelijk zichtbaar houden van achterstanden het vervolgonderwijs in staat om te voorzien in aanvullende programma’s op maat, om achterstanden weg te werken. En daar is de leerling mee gediend!
Jaap van Dam is voorzitter van het College van Bestuur van het Ichthus College te Veenendaal. Jan Schreuders is voorzitter van de Raad van Toezicht.