De politiek kan nog altijd leren van de kerk
De bestorming van het Capitool was een schokkende ”wake-up call”. De democratie blijkt fragiel. Ook in Nederland staat er veel op het spel. In felle debatten over corona, racisme of het klimaat lijken we elkaar steeds moeilijker te verstaan. Het is tijd voor meer gezamenlijkheid. De kerk kan hierbij als inspiratiebron dienen.
De kerk is een plaats waar gelovigen bijeen zijn in naam van een God die liefde is. Eerlijk is eerlijk, dat is niet altijd zichtbaar. Gelovigen maken er soms een puinhoop van. Er is, met andere woorden, sprake van een kloof tussen de bedoeling en de uitwerking, tussen ideaal en werkelijkheid. Daarmee doet de kerk denken aan de politiek. Ook daarin is vaak een gapend gat zichtbaar tussen ideaal en werkelijkheid.
Ecclesia
Misschien hebben kerk en politiek meer met elkaar te maken dan we denken. In het Nieuwe Testament wordt in het Grieks gesproken over de kerk als ”ecclesia”. Dat beeld kenden de toenmalige lezers goed. De ecclesia was van oudsher de Griekse volksvergadering. In Athene kwamen stemgerechtigde burgers regelmatig samen om beslissingen te nemen over bestuurlijke meningsverschillen.
In de kerk én in de politiek komen mensen samen die van elkaar verschillen, die soms met elkaar botsen en die elk voor zich geen oneindig inzicht hebben. En of het nu ondanks of dankzij die kenmerken is, ze blijven samenkomen. Dat is omdat er iets is dat ze gezamenlijk belangrijker vinden dan hun meningsverschillen en hun eigen ego. Met andere woorden: ecclesia zijn betekent samengeroepen zijn in naam van iets dat ons overstijgt.
Het klassieke beeld van de ecclesia heeft model gestaan voor de christelijke kerk. Op haar beurt is de christelijke kerk van waarde geweest voor de ontwikkeling van de democratie in Europa. Wij geloven dat ze dit nog altijd kan zijn. We noemen drie punten en decoreren elk punt met een politieke proefballon.
Het gezamenlijke ervaren
Ten eerste gaat het in de ecclesia om een onderneming die draait om gemeenschappelijkheid. Wie zelfstandig denkt te weten hoe de wereld in elkaar zit, mist ontegenzeglijk de kans de wereld beter te leren kennen. Als we vooral met gelijkgestemden omgaan, leren we het af om andere perspectieven mee te nemen in onze gedachtevorming.
Politici kunnen hierin vooropgaan. Bij zijn aantreden ging het kabinet-Balkenende IV de eerste honderd dagen het land in om te luisteren. Met dit luisterende oor gaven de bewindslieden vorm aan een zoektocht naar het goede voor de hele samenleving.
Het zou mooi zijn als een volgend kabinet dit voorbeeld zou volgen. Noem het een ”maatschappelijke diensttijd” voor bewindslieden.
Het goede zoeken
Een tweede punt waar het in de christelijke ecclesia om gaat, is een zoektocht naar het goede. Wat kerkgangers met elkaar verbindt, is hun overtuiging dat ze niet alleen voor zichzelf in de kerk zitten. Het met elkaar voor God aanwezig zijn, wordt gezien als iets goeds in zichzelf.
Evenzo kunnen we ook het democratisch gesprek zien als iets wat goed is in zichzelf. Dat goede bestaat echter pas dan als mensen niet alleen voor hun eigenbelang meedoen, maar reiken naar iets hogers. Het helpt daarbij niet om onnodig politieke tegenstellingen te benadrukken.
Sinds enige tijd bestaat in de Tweede Kamer de vervelende gewoonte om moties in te dienen om andere partijen kleur te laten bekennen, en vervolgens triomfantelijk op sociale media te zwaaien met de resultaten. Om te ontkomen aan ongewilde polarisatie zou het helpen als politici de stemoptie ”onthouding” krijgen. In het Europees Parlement bestaat deze stemoptie al; de Tweede Kamer zou die ook moeten invoeren.
Ruimte voor imperfectie
In de derde plaats is de kerk, als het goed is, een plek voor onvolmaakte mensen, want die ruimte is er bij God ook. Deze ruimte is in de maatschappij net zo hard nodig als in de kerk. We houden onszelf en anderen voortdurend verantwoordelijk voor het verloop van zaken, ook als we daarop maar beperkt invloed hebben. Er is weinig ruimte voor fouten, en eigenlijk ook niet voor foutenmakers. Deze insteek maakt politiek topzwaar.
Om ruimte te behouden voor de mens achter de politiek helpt het om één dag in het jaar stil te staan bij imperfectie en herstel van verhoudingen. De laatste parlementaire vergaderdag voor de Kerst is een goed moment voor zo’n ”terugblikdag”. Hierop kan elke politicus of andere publieke figuur terugkomen op een uitglijder, een openstaande belofte inlossen of excuses aanbieden voor een misstap. Zo kunnen we met vernieuwde verbinding het nieuwe jaar in.
Drie manieren
Op drie manieren kan de idee van ecclesia inspiratie bieden voor het publieke debat in Nederland. Het goede, het gezamenlijke en een beetje genade – we hebben ze hard nodig. In de kerk, en ook in onze democratie.
Madelon Grant is adviseur inclusie voor de ChristenUnie, Lambert Pasterkamp is onderzoeker bij het Wetenschappelijk Instituut (WI) van de ChristenUnie. Dit artikel is een bewerking van een essay dat het WI zaterdag publiceert op wi.christenunie.nl.