Meeste Nederlandse bedrijven matig transparant
Een groot deel van de Nederlandse bedrijven is niet of nauwelijks transparant over hun inspanningen op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Veel ondernemingen leggen in hun jaarverslagen geen verantwoording af over de gevolgen van de bedrijfsvoering voor het milieu, werknemers of mensenrechten. Dat blijkt uit een woensdag gepubliceerd rapport van onderzoeksbureau Berenschot in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken.
Beursgenoteerde ondernemingen presenteren vaak naast een financieel jaarverslag ook een rapport waarin ze uitleggen hoe ze met de milieuproblematiek en maatschappelijke vraagstukken omspringen. Vooral de grote beursgenoteerde ondernemingen scoren hoog als het gaat om heldere verslaggeving op het gebied van MVO.
De bank ABN Amro is van de 175 onderzochte bedrijven het meest transparant. Ook Unilever, Shell, DSM, Philips en ING scoren hoog. Volgens Berenschot springt deze groep bedrijven er al een aantal jaren uit, terwijl het merendeel van de Nederlandse ondernemingen heel matig transparant is en nauwelijks vooruitgang boekt.
De bedrijven met hoge rapportcijfers zijn volgens de onderzoekers helder over met wie en waarom overleg wordt gevoerd, en over de dilemma’s die MVO meebrengt. Maatschappelijk verantwoord ondernemen kan immers botsen met het streven van ondernemingen naar maximale winst. Ook geven de goed scorende bedrijven duidelijk aan wat hun doelstellingen zijn en welke resultaten zijn geboekt.
Versatel, Ahold en Van der Moolen komen, onder de grotere beursgenoteerde ondernemingen het minst transparant uit de bus. Helemaal onderaan de lijst staat de inkooporganisatie Superunie. Ook de winkelketen Blokker, het softwarebedrijf Exact en de raambekledingproducent Hunter Douglas scoren slecht.
Volgens het onderzoeksbureau hebben veel bedrijven gemakkelijk te verdienen punten om hoger op de ranglijst te komen niet gescoord door eenvoudige tekortkomingen aan het jaarverslag. Het gaat dan om het niet publiceren van adresgegevens, een publicatiedatum, het aantal medewerkers en de eigendomsverhoudingen. Ook laten bedrijven punten liggen bij lastigere zaken zoals het integreren van het MVO–beleid in de organisatiestructuur en verificatie van het jaarverslag door een onafhankelijke accountant.
Bedrijven met een beursnotering zijn transparanter in de MVO–verslaggeving dan niet–beursgenoteerde ondernemingen. Dat heeft volgens Berenschot met de wetgeving te maken. Van de bedrijven zonder notering op de beurs scoort alleen de Rabobank hoog.
Het ministerie van Economische Zaken noemt het grote aantal bedrijven in de onderste categorie „teleurstellend en pijnlijk". Dat de kopgroep al een aantal jaren redelijk stabiel is, vindt het ministerie positief, omdat daaruit blijkt dat MVO loont.