Burgemeester Urk uit afschuw over belagen cameraploeg NOS
Burgemeester Cees van den Bos van Urk heeft zondagmiddag in een videoboodschap zijn „afschuw” geuit over een groep Urker jongeren, die een cameraploeg van de NOS met pepperspray heeft bespoten. Dat gebeurde toen er opnames werden gemaakt van een testlocatie van de GGD, die zaterdagavond in Urk in brand is gestoken door relschoppende jeugd. „Dit kan niet langer, hier is een grens bereikt”, aldus de geschokte burgemeester. De NOS brak de opnames na het incident af.
Volgens Van den Bos is er extra politiecapaciteit vrijgemaakt om per onmiddellijk nog strikter te gaan handhaven op het naleven van de avondklok in Urk. „En dat blijft de komende weken zo. Voor volgend weekend worden nog meer en verstrekkender maatregelen genomen”, kondigt de burgemeester aan. Sinds zaterdagavond geldt al een noodbevel. „Negeren van een noodbevel levert een strafblad op en alleen dat is het enige en juiste antwoord op dit gedrag”, meent Van den Bos.
Van den Bos liet eerder zondag samen met de politie en het Openbaar Ministerie al weten „zeer verontwaardigd” te zijn over het in brand steken van de testlocatie van de GGD. „Een klap in het gezicht van de vele medewerkers die zich elke dag inzetten voor de gezondheid van de inwoners van Urk. Volstrekt onacceptabel.”
Volgens de NOS hinderden zondag twee jongeren de cameraman tijdens opnames van de uitgebrande teststraat. „Er ontstond een woordenwisseling en een worsteling tussen een van de jongeren en de beveiliger. De laatste kreeg een bijtende stof in het gezicht gespoten. De beveiliger is ter plekke behandeld. Voor zover bekend is niemand opgepakt. Er waren tientallen omstanders. De NOS voelde zich genoodzaakt te vertrekken en de opnames voor dit onderwerp op een andere plek te maken”, zo is op Teletekst van de NOS te lezen.
Hoofdredacteur van de NOS Marcel Gelauff herhaalde zondag naar aanleiding van dit voorval dat het steeds moeilijker wordt om verslag van gebeurtenissen te doen. „Eigenlijk vind je dat naar zoiets als dit een verslaggever moet, maar we hielden het bewust low-key, met een cameraman en beveiliger. Het gaat alle grenzen te buiten dat je dat spul alleen al bij je hebt.” Volgens Gelauff moeten zijn mensen op locatie heel omzichtig te werk gaan, en „dan kun je eigenlijk niet doen waar je voor komt. Je bent meer met je veiligheid bezig dan met journalistiek.”
Zaterdag werd bekend dat de NOS aangifte heeft gedaan tegen de afzender van een video waarin rechtstreekse bedreigingen worden geuit aan het adres van NOS-medewerkers en waarin wordt gesproken over een zwarte lijst van fotografen en journalisten. Het filmpje werd afgelopen dagen gedeeld in appgroepen en ging rond op sociale media. „De werkomstandigheden van journalisten staan steeds meer onder druk. De voorbeelden zijn bekend: het werk letterlijk onmogelijk maken, bedreigen, intimideren, framen, doelbewust leugens verspreiden, uitschelden, vooral online ook”, stelde Gelauff daar toen ook over.
Al eerder werd duidelijk dat verslaggevers van de NOS soms beveiliging krijgen om ze te beschermen en dat de NOS-logo’s van zendwagens zijn gehaald. „Als redactie geven we steeds meer geld uit aan onze veiligheid. Hier in Nederland, maar ook in het buitenland, zoals tijdens het verslaan van de machtsoverdracht in de VS. Dat is geld dat we niet kunnen besteden aan onze journalistiek opdracht.”
Eind vorig jaar waren er ook al veel problemen in Urk met jongeren die met zwaar, illegaal vuurwerk gooiden. Na een reeks maatregelen, arrestaties en een aantal gesprekken van de burgemeester met de relschoppers jeugd werd het toen rustiger. „Nu gooit een kleine groep de naam van Urk weer te grabbel”, constateert Van den Bos, die zegt dat hij zich „mijn pijn in het hart en juist op zondag” tot de Urkers richt.