Binnenland

„Christelijk ziekenhuis verliest identiteit”

Ook in ziekenhuizen met een christelijke achtergrond komt de waardering voor het menselijk leven in het gedrang. Die waarschuwing gaf dr. F. van Ittersum, internist en nierarts in het VU medisch centrum in Amsterdam, zaterdag tijdens een symposium van het behoudende Contact Rooms-Katholieken in Amersfoort.

Binnenlandredactie
1 November 2004 10:43Gewijzigd op 14 November 2020 01:49

Christelijke ziekenhuizen zoals de VU gaan volgens Van Ittersum niet meer uit van een richtinggevend gedachtegoed. „In verwachting raken, in verwachting zijn, bevallen en de eerste stappen op deze wereld dreigen meer te gaan lijken op een industrieel productieproces dan op een opeenvolging die respect en verwondering over het leven oproept”, zei Van Ittersum.

De medisch-ethische commissies in dergelijke ziekenhuizen doen volgens de specialist niet veel meer dan procedures formuleren die ervoor moeten zorgen dat patiënten en artsen aan hun trekken komen. „Volledig tegemoetkomen aan alle wensen van een patiënt is de nieuwe invulling van christelijke barmhartigheid geworden”, aldus Van Ittersum.

Prof. dr. H. Jochemsen, directeur van het prof. dr. G. A. Lindeboom Instituut, zegt in reactie te vrezen dat de analyse van Van Ittersum in grote lijnen juist is. „De autonomie van de patiënt wordt inderdaad groter. Dat is een duidelijke ontwikkeling van de afgelopen jaren. Op zich is dat niet alleen maar verkeerd. Positief is bijvoorbeeld dat patiënten nu meer betrokken worden bij de besluitvorming rond de behandeling die ze ondergaan. Wel kan het zelfbeschikkingsrecht van de patiënt ertoe leiden dat er rond zaken als euthanasie en abortus geen ethische grenzen meer in acht worden genomen. Dat is het problematische van deze ontwikkeling.”

Anders dan Van Ittersum richt hij zijn pijlen echter niet zozeer op de medisch-ethische commissies van ziekenhuizen als wel op het medisch-ethisch debat in het algemeen. „De medisch-ethische ethiek loopt te veel aan de leiband van alle medisch-technische mogelijkheden en van de verschuivende opvattingen in de samenleving. Het is een aanpassingsethiek; kritisch kijken is er niet bij. In het debat over euthanasie en abortus komt dat duidelijk tot uiting. Dat het menselijk leven van begin tot eind waarde heeft, is een onderdeel geworden van het afwegingsproces. Het is geen uitgangswaarde meer.”

Bij Van Ittersums opvatting dat de christelijke identiteit van een ziekenhuis als het VU Medisch Centrum is verschraald, kan Jochemsen zich wel iets voorstellen. „De VU ontleent elementen uit de christelijke traditie om de notie barmhartigheid in te vullen. In die zin laat het ziekenhuis zich nog steeds aanspreken op haar christelijke achtergrond. Grote vraag is alleen: om welke waarden gaat het? Als je euthanasie als vorm van hulpverlening ziet, hoor je het als arts ook in de praktijk te brengen. Met andere woorden: het hangt er maar van af welke elementen uit de christelijke traditie je als ziekenhuis naar voren brengt en tot gelding maakt.”

Jochemsen bevestigt dat de rol van de arts in de relatie met de patiënt dominanter is „dan de belijdenis van zelfbeschikkingsrecht doet vermoeden. Waar dat in concrete gevallen toe leidt, is echter lastig te zeggen”, zo waarschuwt hij. „Op het grondvlak van ziekenhuizen wordt ontzettend geworsteld met ethische kwesties. Denk aan een arts die een euthanasieverzoek krijgt, maar dat zelf nog lang niet overweegt. Ik weet uit ervaring dat veel artsen in die gevallen alles aanwenden om de patiënt op andere gedachten te brengen. Het is niet allemaal inktzwart.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer