Complottheorieën rond Hitler c.s.
Er zijn duizenden, zo niet miljoenen, mensen die geloven dat Adolf Hitler aan het einde van de Tweede Wereldoorlog geen zelfmoord gepleegd heeft, maar ontsnapt is naar Argentinië en daar een rustig leven heeft geleid tot zijn dood.
Wie ”Het nazisme en complottheorieën” leest, wordt goed gedocumenteerd uit de droom geholpen.
In deze coronatijd doen allerlei complottheorieën de ronde, bijvoorbeeld dat het coronavirus ontsnapt is uit een laboratorium en dat de overheid gevaccineerde mensen via een chip kan volgen.
Complottheorieën zijn van alle tijden. Zo kregen de Joden de schuld van de pest in de Middeleeuwen en bestaan er allerlei onbewezen verhalen over de Tweede Wereldoorlog. ”Het nazisme en complottheorieën” besteedt aandacht aan een aantal van deze verhalen die tot de dag van vandaag geloof krijgen.
Historicus Richard J. Evans gaat gedetailleerd in op vijf complottheorieën: het verhaal dat de Joden een samenzwering organiseerden om de maatschappij te ondermijnen; het idee dat Duitsland aan het einde van de Eerste Wereldoorlog door de eigen bevolking in de rug werd gestoken; de Rijksdagbrand, die door de nazi’s zou zijn aangestoken; de reis van Rudolf Hess naar Schotland om voor vrede te pleiten; en de claim dat Hitler in 1945 uit zijn bunker was ontsnapt en naar Zuid-Amerika gevlucht.
Het traktaat ”De protocollen van de wijzen van Sion” dook aan het begin van de negentiende eeuw op in Rusland. Het was een verzonnen smaadschrift, waarin stond dat de Joden de wereldheerschappij wilden overnemen. Het verscheen in Duitsland in 1920 en kende in 1933 al drieëndertig drukken, goed voor honderdduizenden exemplaren. De nazi’s konden deze propaganda goed gebruiken.
Het is echter niet waar –zoals het complot wil– dat de nazi’s geleid werden door dit geschrift. „De impact van ”De protocollen” was eerder indirect dan direct. Het document was voor de nazi’s geen onthulling, maar een bevestiging van wat ze al wisten”, aldus Evans.
De dolkstoot in de rug is het verhaal dat het Duitsland de Eerste Wereldoorlog wel had kunnen winnen, als de bevolking maar achter het leger was blijven staan. In de herfst van 1918 verlangden de Duitse burgers naar vrede en braken er op diverse plaatsen opstanden en opstootjes uit. Het leger was toen nog aan de winnende hand, zo was de gedachte van velen.
Evans wijst erop dat het voorjaarsoffensief van de Duitsers eerder dat jaar volledig mislukt was, dat het land zijn bondgenoten verloor en dat de voedselsituatie in het binnenland onhoudbaar was geworden. Ludendorff, de Duitse legeraanvoerder, wist dat de oorlog verloren was en was het eens met de vredesbesprekingen. Hij zei daar echter niet veel over, zodat de fabel dat het Duitse leger niet verslagen was een rijke voedingsbodem vond onder de bevolking.
Hoogst interessant is het verhaal van de Rijksdagbrand. Op 27 februari 1933 stak de Nederlandse communist Marinus van der Lubbe het Rijksdaggebouw in Berlijn in brand. Deze daad greep Hitler aan voor het uitvaardigen van een nooddecreet dat een einde maakte aan de vrijheid van meningsuiting en dat tot aan het einde van de Derde Rijk gehandhaafd bleef.
Al gauw kwamen er theorieën dat Van der Lubbe niet alleen geweest was, maar dat er een communistisch complot bestond om de Rijksdag in brand te steken en het verzet tegen het nazisme aan te wakkeren. Spoedig daarna ontstond de theorie dat de nazi’s het zelf gedaan zouden hebben, via een onderaardse gang, om zo hun tegenstanders gemakkelijker te kunnen aanpakken.
Evans geeft een nauwkeurig feitenrelaas en concludeert dat de Rijksdagbrand het werk van een eenling was, waarvan de nazi’s slim gebruik gemaakt hebben.
Het vierde verhaal gaat over Rudolf Hess, de rechterhand van Hitler die in 1941 naar Schotland vloog met vredesvoorstellen. Er zijn altijd mensen geweest die meenden dat Hitler hier achter zat, maar Evans gelooft er niets van.
De bekendste en meest geloofde complottheorieën uit de Tweede Wereldoorlog gaan over de ontsnapping van Hitler aan het einde van de Tweede Wereldoorlog en zijn vermeende vlucht naar Argentinië. Daaraan wordt tot nu toe door velen geloof gehecht. In 2011 verscheen het boek ”Grey Wolf. The Case of Adolf Hitler”, in 2014 gevolgd door een televisieserie met dezelfde naam. Het boek en de film kregen veel aandacht. Miljoenen kijkers hebben de film gezien. Ze accepteerden het verhaal van de ontsnapping van Hitler als bewezen feiten. Deze alternatieve feiten worden stuk voor stuk door Evans ontrafeld.
Evans geeft de feiten kort weer en gaat verder in op allerlei verhalen die de ronde deden. Hitler en Evan von Braun hebben zelfmoord gepleegd. Hun lichamen werden met benzine overgoten, in brand gestoken en vervolgens begraven. Toen de Russen de resten vonden, heeft een technicus die werkte voor Hitlers tandarts aan de hand van het tandartsdossier bevestigd dat de tandheelkundige brug die werd gevonden van Hitler was geweest.
Evans stelt dat er momenteel een snelle toename bestaat van het aantal complottheorieën. „Een samenloop van omstandigheden heeft de grenzen tussen waarheid en fictie doen vervangen; of misschien is het beter om te zeggen dat er alternatieve ‘waarheden’ worden gepresenteerd.”
Het boek leest als een trein en is interessant voor iedereen die in de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog is geïnteresseerd en al langer de precieze feiten wil weten rond allerlei complottheorieën die telkens weer opduiken.
Het is geen christelijk boek. De les voor christenen en anderen is dat zij niet moeten meegaan in allerlei complottheorieën maar gewoon de feiten moeten checken of afwachten met het geven van hun mening tot een deskundige dit heeft gedaan. Ook zonder complottheorieën is de wereld al wreed genoeg. Bovendien: als ze meegaan met allerlei complottheorieën bestaat de kans dat ze ten langen leste de verschillen tussen complottheorieën en de voorzeggingen uit de Bijbel niet meer zien.
Boekgegevens
Het nazisme en complottheorieën. De paranoïde verbeelding en het Hitler-tijdperk, Richard J. Evans (vert. Robert Neugarten); uitg. Spectrum; 292 blz.; € 27,99