Laatste kans voor herstructureringswijk
Professionele vastgoedpartijen dreigen uit de herstructureringswijken te vertrekken, waarschuwt Peter Ruigrok. De overheid moet daarom snel maatregelen nemen.
Neprom bracht onlangs een publicatie uit over ondernemerschap bij de vernieuwing van de naoorlogse wijken. Het zijn de wijken met veel kleine woningen van middelmatige kwaliteit waar de sociale samenhang verdwijnt. Uit de studie blijkt dat ontwikkelaars een belangrijke toegevoegde waarde hebben in samenwerkingsprocessen bij de herstructurering van die wijken. Ontwikkelaars zijn gewend na te denken over de toekomstwaarde en de marktpotenties van een gebied, komen doorgaans veel sneller tot beslissingen dan gemeenten en woningcorporaties en zijn bereid in die wijken te investeren. Ontwikkelaars moeten daarom volgens de Neprom een grotere rol spelen in de herstructurering. Zij zijn daarbij echter afhankelijk van gemeenten en woningcorporaties.
Volgens de Neprom blijft de stedelijke vernieuwing te veel in plannen steken. Gemeenten en woningcorporaties komen er te vaak samen niet uit. Corporaties kunnen met de huidige wachtlijsten ook gewoon met een goed rendement blijven doorexploiteren. Intussen worden de bedreigingen voor de naoorlogse wijken steeds groter. Met de Nota Ruimte komen er meer mogelijkheden voor bouwen buiten de steden en op het platteland. Veel middeninkomens houden het voor gezien in de herstructureringswijken en vertrekken naar een eengezinswoning op de nieuwbouwlocaties. De vertraging bij de stedelijke vernieuwing zal uiteindelijk leiden tot nog meer segregatie.
Snel
Pappen en nathouden helpt niet. De overheid en corporaties moeten een echte aanpak kiezen, waarbij wordt gebouwd wat de mensen vragen en de mogelijkheden van de wijken worden benut. Dan gaat het vooral om de mensen die er al wonen. Het is niet realistisch om een grote instroom van middengroepen van buiten te verwachten. Je moet de huidige bewoners een wooncarrière bieden, zodat ze niet naar elders vertrekken. Dat vraagt om ondernemerschap en dat kunnen ontwikkelaars bieden.
Er is haast geboden. Veel professionele vastgoedbeleggers trekken zich terug. Het zijn de wijken waar hun doelgroep niet meer lang zal wonen, waar het vastgoed een minder gunstige waardeontwikkeling doormaakt en waar ook de huurontwikkeling achterblijft. Kortom, voor beleggers onaantrekkelijk om de aan hen toevertrouwde pensioengelden in te investeren. Er wordt wel veel geïnvesteerd, maar dan vooral in de stadscentra en in de buitenwijken.
Het moet snel anders, omdat anders ook de ontwikkelaars vertrekken. Nu kunnen de wijken nog met behulp van een redelijk koopkrachtige vraag van de middengroep gered worden, maar binnen enkele jaren is die kans voorbij en gaat het de belastingbetaler handen vol geld kosten.
De auteur is voorzitter van de vereniging van projectontwikkelaars Neprom.