Betrek ouders of hele gezin bij jeugdhulpverlening
Vanuit de praktijk heb ik gemerkt dat het helpend en helend is om in de jeugdhulpverlening met het gezin en met ouders in gesprek te gaan over patronen, verwachtingen en wanneer je geraakt wordt.
Zowel in het RD (24-11) als op de sites socialevraagstukken.nl en CIP.nl was een belangwekkend artikel te lezen van socioloog Wim Dekker. Het beschrijft het ontbreken van een gezinsconcept bij sociaal werkers. Vanuit individualisering, organisatiebeleid of verlegenheid ontstaat huiver om (gezins)vraagstukken vanuit een systemische benadering aan te vliegen. Hij breekt een lans voor het betrekken van het gezin en soms specifiek ouders binnen de jeugdhulpverlening.
Voor mij als systeemtherapeut gaf dit artikel herkenning en bevestiging van het belang van systemisch werken. Dit vanuit de diepe overtuiging en ervaring dat je veranderen met elkaar doet.
Afstemming
In mijn spreekkamer staat een speelgoedautootje, dat in iedere behandeling langskomt. Vaak al in het eerste gesprek. Het is een symbolische getuige die mij herinnert aan het belang van systemisch werken. Ik gebruik het autootje om aan mijn cliënten toe te lichten dat je veranderen met elkaar doet. Wanneer één wiel een andere kant op gaat, of wil, heeft dat onherroepelijk gevolgen voor de hele auto. Er ontstaat spanning. Samen bepaal je de koers. Dat doe je door afstemming. Stagneert deze afstemming, dan wordt de rit ingewikkeld. Er ontstaat ergernis, de wielen piepen en kraken. De rit wordt intensief en je loopt kans op schade.
Deze auto legt daarmee de kern van systemisch werken aan de dag. Het gaat niet om één persoon. Het gaat om het geheel. Het geheel is, ook hier, meer dan de som der delen.
Binnen systemisch werken gaat het om de ruimte tussen gezinsleden. Daarbij maak ik bespreekbaar wat van bepaald gedrag het effect is op de ander, of op de relatie. Dit uiteraard afgestemd op bijvoorbeeld onderzoek, diagnostiek of de parallel lopende individuele behandeling.
”Ervoor”
Bij ouders leeft soms de gedachte dat ze schuldig zijn. Wanneer ze horen dat we systemisch werken en met hen als gezin of met hen als ouders in gesprek willen, lijkt dit gevoel bevestigd te worden. Een term als schuld past echter niet binnen de behandeling. Schuld hoort bij het overtreden van een regel en heeft een juridisch karakter. Ik ga nooit op zoek naar schuld. Ik bespreek graag met ouders wat eraan voorafging. Geen enkel gedrag of gevoel staat op zichzelf. Er is altijd een ”ervoor”.
Zelf heb ik ook een gezin. Wanneer ik irritatie voel, omdat de schoenen van onze kinderen niet opgeruimd zijn, reageer ik kort, of boos. Ik hoor te vragen waarom ze hier liggen, mogelijk hebben ze een goede reden. Omdat deze schoenen er gisteren ook al lagen, ik toen al iets gezegd heb, reageer ik meer geïrriteerd.
Stel dat ik vroeger altijd moest opruimen, omdat ik anders een uitbrander kreeg, dan heeft dat mij gevormd en kleurt dat mijn reactie. Dat is het patroon dat ik gezien heb. Het kan ook zijn dat ik de afweging heb gemaakt om daarom maar niets te zeggen van die schoenen. Ik wil het totaal anders aanpakken dan vroeger. Ook dan kleurt mijn verleden de manier van mijn denken.
Een andere, veel voorkomende opstelling is dat men zegt, of denkt: laat maar. Soms is het goed om dat even te denken. Je kunt niet op alle slakken zout leggen, zeker niet bij pubers. Wanneer partners echter gedachten of gevoelens voor zich houden uit angst voor conflicten of uit angst om gekwetst te worden, vertroebelt de afstemming. Dan wordt ”laat maar” het begin van ”uit elkaar”.
Op de rit
Zo is het goed om samen met de cliënt, het gezin waarin hij of zij een plek heeft en de ouders in gesprek te gaan. Wanneer we in die gesprekken bij de gebrokenheid van ouders komen, dan is het eerlijk en zorgvuldig om hierbij stil te staan. Ouders kunnen hun kinderen geen groter geschenk aanbieden dan een goede relatie. De relatie zal niet perfect zijn. Gelukkig maar. Kinderen leren juist van de wijze waarop hun ouders omgaan met elkaars onhebbelijkheden.
Vanuit de praktijk heb ik gemerkt dat het helpend en helend is om met het gezin en met ouders in gesprek te gaan over patronen, verwachtingen en wanneer je geraakt wordt. De pijn die ook ouders ervaren, is een signaal van iets waardevols dat onder druk staat. Ouders willen graag hun gezin op de rit hebben. Wanneer een kind extra zorg vraagt, raakt hen dat. De ouder-kindrelatie vraagt extra aandacht. Deze aandacht kan de partnerrelatie onder druk zetten.
Beter team
Het is van belang hier oog en oor voor te hebben binnen de behandeling. En ouders hierin erkenning te geven. Het is goed om de wrijving die ontstaan kan te bespreken en door te vragen naar wat er geraakt wordt bij ouders en wat hiervan het gevolg is voor de relatie. Wanneer ouders dit van elkaar weten, helpt het hen een beter team te vormen. Of, om in de metafoor van de auto af te sluiten, de wielen op elkaar afgestemd te hebben.
De auteur is systeemtherapeut bij Eleos, specialist in christelijke ggz.