De omzet tegen actuele wisselkoersen zakte ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar met 8 procent tot 10,26 miljard euro. Het operationeel resultaat zakte 8 procent tot 1,4 miljard euro.

Het bedrijf, bekend van onder meer Becel, Ola en Unox, kon wel een nettowinst in de boeken schrijven. Helemaal onder aan de streep bleef een bedrag over van 867 miljoen euro, een winststijging van 4 procent. Dat maakte Unilever woensdag bekend.

De verslechterde resultaten schrijft de Nederlands-Britse multinational toe aan de afgenomen verkopen van ijs (Ola) en ijsthee (Liptonice). Verder ging het slecht in de huishoudelijke (Cif, Glorix) en persoonlijke verzorging (Dove, Andrélon) en was vooral de markt in West-Europa zwak.

„We zijn ontevreden over onze prestaties en nemen maatregelen om de concurrentiepositie van onze producten te verbeteren”, aldus de twee bestuurders A. Burgmans en P. Cescau in een schriftelijke toelichting. „We voeren waar nodig prijsaanpassingen door, we geven een aantal belangrijke innovaties meer ondersteuning en verhogen de reclame-uitgaven voor een aantal van onze grote merken.”

Het concern concentreert zich sinds enkele jaren op 400 leidende merken. Daartoe heeft het afstand gedaan van honderden andere merken in zijn portefeuille.

De 400 leidende merken zijn goed voor 95 procent van de omzet. In het derde kwartaal zakten de inkomsten uit die zo belangrijke producten met 0,9 procent.

Vooral in Europa ging het niet best. Unilever ondervindt de effecten van een laag consumentenvertrouwen, een aanhoudende groei van de discountsector en ongunstige weersomstandigheden. Ondanks deze verzachtende omstandigheden vindt het bedrijf de eigen prestaties teleurstellend, met een omzetdaling van 5 procent.

Afgezien van lagere verkopen in ijs, ijsthee en in de huishoudelijke en persoonlijke verzorging was er ook goed nieuws. Het ging beter in de culinaire producten (Becel), de dressings en spreads.