Het jaar van de leugen
In een crisistijd als deze is het van het hoogste belang om inzicht te hebben in de geestelijke strijd die eraan verbonden is. De leugenaar van den beginne spant zich in om het verband tussen oordeel en zonde weg te redeneren, bekering te voorkomen en ieders oren te stoppen voor de roepstem van de goede God.
Wie tijdens de tweede golf de nieuwsberichten rond corona volgde, moet het opgevallen zijn: veel rumoer over maatregelen en nauwelijks aandacht voor patiënten. Dit voorjaar zagen we schokkende reportages vanuit ziekenhuizen, hoorden we alarmsignalen uit verpleeghuizen en vertelden kinderen in de media over hun stervende vader die ze niet mochten bezoeken.
Zijn die verhalen nu allemaal naar de achtergrond gedrukt? Media schrijven de laatste maanden vooral over vaccins die eraan komen, mondkapjes die ademnood veroorzaken, PCR-testen die niet zouden kloppen en vuurwerk-rellen die als uitlaatklep moeten fungeren.
Je zult dus maar een van die zeshonderd gezinnen zijn die vorige week aan het graf stonden van een vader of moeder die aan het virus bezweek. Want écht, afgelopen maand waren er elke dag ruim tachtig sterfgevallen extra ten opzichte van het gemiddelde. Oversterfte dus, waarvan tijdens de eerste golf is vastgesteld dat die volledig toe te schrijven is aan het coronavirus. Ook al was het aantal sterfgevallen toen twee keer zo hoog (160 per dag), toch is er nog steeds elke dag leed.
Hoe pijnlijk is het dan om voortdurend via sociale media te horen dat corona niet meer is dan een griepje of dat al die grafieken over besmettingen nepnieuws zijn. Even de harde cijfers: tijdens de piek van de eerste golf (30 maart tot 5 april) was de oversterfte aan corona 2060 personen in één week. Dat was 2,5 keer zo veel als in de ergste griepweek die ooit gemeten is (5 tot 11 maart 2018, oversterfte 780 personen). En dat alles óndanks de strenge lockdown die toen gold.
”Nazipraktijken”
Nepnieuws, onbewezen theorieën en elkaar tegensprekende wetenschappers: daar ging ook deze krant in een twaalfdelige serie op in. De aanleiding was een onderzoek onder lezers waaruit bleek dat er veel vragen leefden rond corona. Dat is niet zo vreemd, gelet op de massale verspreiding van die theorieën via YouTube en WhatsApp.
Wat wél verbaast, is dat die ideeën blijven circuleren. Om maar wat te noemen: het verhaal dat vaccins cellen bevatten van geaborteerde baby’s (”nazipraktijken”) komt wekelijks een paar keer binnen in onze mailbox. Inderdaad is er decennia geleden een celkweek gemaakt van een geaborteerd kindje, maar zelfs de Nederlandse Vereniging Kritisch Prikken zegt dat vaccins eerst gefilterd worden, zodat er geen cellen meer in zitten. Toch blijven die verhalen rondgepompt worden met een snelheid die vele malen hoger is dan die van de kettingbrieven in de vorige eeuw.
De Heidelbergse Catechismus legt bij het negende gebod uit dat liegen en bedriegen eigen werken van de duivel zijn en dat een christen die hoort te vermijden. Dat geldt ook voor het onverhoord veroordelen en belasteren van anderen, zoals massaal gebeurt bij Bill Gates (”kindermoordenaar”), George Soros (”staatsvijand”), Mark Rutte (”Mark de sloper”) en Marion Koopmans (”toverheks”). Ook al ben je het niet men hen eens of veroordeel je hun praktijken, dan is zulke taal een christen volstrekt onwaardig. Zouden mensen beseffen dat ze met die druk op de knop, bij het maken of doorsturen van dit soort berichten, de zware toorn van God op zich laden, zoals de catechismus zegt?
Verslagenheid
Wie zo in de laatste maand van het jaar eens terugblikt, constateert met pijn in het hart dat dit niet het enige succes van de duivel is. Toen de epidemie uitbrak, omstreeks biddag, leefde in heel christelijk Nederland het besef dat dit een roepstem van God was. Een oproep tot inkeer, tot bekering. Een stem die niet alleen tot ieder persoonlijk gericht was, maar ook tot de verbanden van gezin, school, werk, kerk en staat. Uit de breedte van de gereformeerde gezindte schreven voorgangers mee aan een brochure die een oplage kreeg van 50.000 stuks. Er heerste verslagenheid, mensen vroegen zich in alle ernst af of dit een teken was van het einde der tijden.
Chateau Pharisien
Intussen zijn we een halfjaar en vele gesprekken verder. Stevige discussies over dertig of meer kerkgangers, wel of niet zingen, wel of niet dopen, wel of niet uitzenden, wel of geen mondkapjes.
Daar is satan natuurlijk ook tevreden mee. Het maakt hem niet uit of iemand zijn genadetijd verzondigt met leugens en bedrog, met heethoofdigheid of met onterechte kritiek op de overheid – zolang hij zich maar niet verootmoedigt voor God. Om het te zeggen met de bekende uitspraak van duivel Schroeflik tot leerling-duivel Galsem, opgetekend in ”Brieven uit de hel” door C. S. Lewis: „Bedenk altijd weer: het enige waar het op aankomt is de mate waarin jij je patiënt van de Vijand [God] losmaakt. Het komt er niet op aan hoe klein de zonden zijn, zolang het cumulatieve effect ervan maar is dat hij zich uit het Licht en in het Niets begeeft. Moord is niet beter dan kaartspel, als kaartspel werkt. De veiligste weg naar de hel is juist de weg van geleidelijkheid – de lichte daling over verend mos, zonder schielijke bochten, zonder mijlpalen, zonder richtingwijzers.” Aan het eind van de briefwisseling heft Schroeflik het glas, gevuld met Chateau Pharisien, en concludeert: „Nergens hebben wij met ons verleidingswerk meer succes dan op de trappen van het altaar.”
Adventsprofetie
In een crisistijd als deze is het van het hoogste belang om inzicht te hebben in de geestelijke strijd die eraan verbonden is. De leugenaar van den beginne spant zich in om het verband tussen oordeel en zonde weg te redeneren, bekering te voorkomen en ieders oren te stoppen voor de roepstem van de goede God. Het is immers Gods trouw en brandende liefde, zegt Kohlbrugge, dat Hij de mens wil tegenhouden op zijn dwaalwegen.
Een van de bekendste adventsprofetieën, de aankondiging van het geboren Kind en de gegeven Zoon in Jesaja 9, staat ingeklemd tussen oordeelsprofetieën, „want dit volk keert zich niet tot Dien Die het slaat.” En de eerste nieuwtestamentische aankondiging is geen zoetig verhaal over engeltjes, herders en een stal, maar spreekt over zonden en de Zaligmaker die moest komen om daarvan te verlossen en voor overtreders te bidden. Dat is evangelie uit een Woord dat boven alle twijfel verheven is.